24
Joop Jonker en
Jaantje van der Fluit
40 jaar getrouwd op
22 november 1985.
Een terugblik
In de periode 1947-1961 emigreerden
rond de 125.000 personen naar Australië.
Landverhuizers, hopende op een betere
toekomst. De een ging op de bonnefooi,
de ander wilde zoveel mogelijk weten
over het land waar hij naar toe wilde.
Uit de herinneringen van Ria wordt dui
delijk dat haar ouders redelijk voorbereid
naar Australië vertrokken. Dat kwam
doordat enkele jaren daarvoor drie ooms
en tantes van haar naar Canada geëmi
greerd waren. In hun brieven kon de
familie in Waarland lezen, dat ze daar
erg moesten wennen. Joop Jonker wilde
niet naar Canada, maar naar de USA en
hij ging met zijn vrouw en de oudste
kinderen op Engelse les. Toen op het
adres van de oude kaasfabriek een brief
van Jan Broersen uit Australië kwam,
waarin stond: Het land is hier skitterend.
Je ken het goud van de weg afscheppe
en werk genog. Ik hew hier werk voor je
en we regele een huis voor je, werd het
Australië. Werk en woonruimte waren
voor hem en zijn gezin daar al geregeld.
De Australiërs waren, toen de familie
Jonker kwam, al een beetje gewend
aan die vreemdelingen. Ze waren bang
geweest dat de emigranten hun banen
zouden inpikken, maar veel Hollanders
waren genegen dat werk te doen waar de
Australiërs niet van hielden.
Onder de emigranten in de omgeving van
Monbulk waren verschillende Westfrie-
zen, zoals de families Boekel, Kruijer en
Deen. Maar ook de gezinnen Van Berkel
en Ruigrok uit de Bollenstreek. Al gauw
werden Joop en Jaantje bevriend met
Cor en Nelie Boekel die uit Tuitjenhorn
kwamen. Ze konden dan gezellig op
zundagmiddag effe lekker Westfries prate.
Toch waren ze zich ervan bewust dat ze
Engels moesten spreken en schrijven om
te kunnen integreren. De kinderen kon
den hen hierbij helpen, want alle zeven
gingen ze naar school en daar werd in het
Engels onderwijs gegeven.
Die eerste paar jaar was voor Jaantje be
slist niet gemakkelijk. Haar man en kin
deren waren de hele dag van huis. Vele
uren zat ze dan ook alleen. Als iedereen
rolstoel terecht. Zijn geheugen liet hem
ook af en toe in de steek. Op 7 september
2001 overleed Joop Jonker op 82-jarige
leeftijd.
Van het centrum naar de rand
Onze ouders werden door bekenden met
hun voornaam aangesproken. M’n vader
was Joop en m’n moeder was Sjaan.
Dit kwam omdat Jaantje in het Engels
moeilijk uit te spreken is. Toen alle vier
dochters, Ria, Thea, Lida en Sjanie, in
1972 getrouwd waren, verhuisde het ge
zin Jonker. De vier jongens: Gerard, Jan,
Nico en Rob waren nog thuis. De nieuwe
woning stond aan de rand van Monbulk,
langs een doorgaande weg: een geschikte
plek om planten en bomen
te verkopen. Joop Jonker
werkte toen nog steeds bij
Allan Raper en mocht van
hem een stuk grond ge
bruiken voor het telen van
zijn eigen handel. Maar
moeder Sjaan was degene,
die alles in de gaten hield
en de verkoop regelde.
Joop Jonker heeft tot 1983
bij Raper gewerkt, hij was
toen 65 jaar. De hele dag
thuis zitten, lag niet in
zijn aard. Dus ging hij bij
diverse kwekers langs om
hun gewassen te spuiten
en bovendien hield hij de
tuin van de Toyota-fabriek
bij. Moeder Sjaan hielp
twee dagen in de week bij
Ria die een kledingwinkel
had in Belgrave, zo’n
5 km van Monbulk. Dat
deed ze graag en ze kreeg hierdoor een
goed contact met haar kleinkinderen. In
1985 werd ze ziek en toen stopte ze bij
haar dochter. Ze hield niet zo van dokters
en zocht haar heil bij een natuurgenezer.
Die kon haar uiteindelijk niet helpen.
Ze moest naar het ziekenhuis en werd
geopereerd aan galstenen. De chirurg
ontdekte toen dat ze pancreaskanker had
en dat genezing niet meer mogelijk was.
Op 23 juli 1986 overleed Jaantje Jonker-
van der Fluit, ze was 66 jaar oud.
Het leven ging verder en voor Joop was
alleen ook maar alleen. Hij hertrouwde
in september 1988 met Annie van Eck.
Tien jaar later verhuisden ze naar
Noosaville in Queensland, een plaats
speciaal voor oudere mensen in een
mooie omgeving. Na ongeveer twee jaar
ging zijn gezondheid achteruit. Hij kreeg
leukemie en de ziekte van Parkinson en
hij kon niet meer lopen en kwam in een
I