20 De tweede kist met inboedel voor het eerste huis in Monbulk. Vlnr achter: Vader, Sjanie, Lida, Thea, Ria. Voor: Gerard, Jan, Nico. was begin jaren vijftig vanuit Tuitjenhorn naar Australië geëmigreerd. Hij had een zaadhandel en verder teelde hij tulpen en gladiolen. In de herfst van 1959 verhuisde de familie Jonker naar een andere woning aan de rand van Monbulk. Joop Jonker werkte toen niet meer bij Jan Broersen, maar bij een waterleidingbedrijf in Melbourne. Hij krabbelde met potlood in november 1960 voor de ouders van Elly Stoop onderaan de brief van Ria: Jan en Agie. Ik post deze letter in Upwey, 10 km van Melbourne af 8 uur in de morgen. Werk aan een waterleidingbedrijf. Ik word beter betaald als bij een tuinder. Het is zeer gemakkelijk werken, voor een zg. werkman die altijd buiten werkt. Verder is het weer mooier als in Holland. Groeten Joop Jonker. Ria: M’n schooltijd Toen het gezin Jonker eind november 1958 aankwam, gingen de kinderen nog niet meteen naar school. Het was toen grote vakantie. In één van de eerste brie ven schreef Ria aan Elly: Het gaat best met het engels, je leert het gauw genoeg, maar ik ken het nog niet lezen hoor. We moeten op 2 februari naar school en het is een half uur rijden met de bus. Ik hoop van goed, ik moet nog 2 jaar op school lopen en dan moet ik er af. Ik ga niet naar de huishoudschool, want daar moet je slapen ook en mag je alleen in de vakantie naar huis. Ik ga gewoon naar de lagere school en kom in de 7e klas. We zitten allemaal in onze eigen klas, waar we in Holland uit zijn gegaan. Jan en Nico gaan naar de eerste klas. In een brief van twee maanden later: Gisteren had onze zuster haar naam feest en t was een erg leuke dag. Ik moet schrijven en lezen in t engels. We krijgen ook huiswerk mee naar huis zoals tafels van shillings en pennies en spelling en re kenen, catechismus en soms vaderlandse geschiedenis. Ik zit op school naast een Hollands meisje, ze heet Elsje Ruigrok. Verder schreef ze dat ze haar vriendinnen en ook de jeugdclub miste. De maand januari van 1959 was erg heet en er was geen zwembad in de buurt en dat was er in Waarland wel. In het eerste jaar was Ria vrij positief over school, maar daarna werd het min der totdat ze er zelfs een hekel aan kreeg. Ik heb net m’n huiswerk af. Het is 8 uur en ik ben om 7 uur begonnen. We hadden een bladzijde sommen en die kon ik niet goed en taal en kathegismus. Ik weet niet of ik het goed heb geschreven. Ik heb het al een paar keer op een papiertje gepro beerd. M’n moeder zei: ’Over een paar jaar kun je geen Hollands woord meer schrijven, tenminste niet de moeilijke woorden.’ En eind augustus 1960 schreef ze: El, allereerst Hartelijk gefeliciteerd met je 15e verjaardag. Ja, in september word ik 14 en dan ga ik van school af, want dan begint de lentevakantie en daarachter ga ik niet meer naar school. Gelukkig, ik ben er gewoonweg ziek want het is elke dag hetzelfde gezeur van die nonnen. Je mag dat en dit niet doen, ze zegt datje geen lange broek aan mag, want dan lijk je net een kerel en de hele klas begon te lachen. Ze was woest. En ook aan dat schooluniform krijg ik steeds meer een hekel. Vader maakte lange dagen Vlak bij het huis waar de familie Jonker woonde, stroomde de Monbulk Creek. Het water kwam uit de bergen en was kristalhelder. Aan deze creek was in die jaren een caravanplaats, die geliefd was bij vele dagjesmensen. Er was alleen maar een toilet en verder niets. We verkochten daar toen heet water, zodat de mensen op de picknickplaats thee en koffie konden zetten. Ook stond er aan de weg een stalletje met aardappelen en groenten, zoals slabonen en aardbeien. Vader verbouwde dit alles op een stuk land naast ons huis. Soms hadden we ook bloemen in de verkoop. Deze teelden we

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 2014 | | pagina 20