11 De Philips-afdeling van de N.S.F. De afkorting N.S.F staat voor Nederlandsche Seintoestellen Fabriek. Het N.S.F. ofwel Radio-commando zoals Govaert zegt, was hét commando waarbij iedereen wel wilde werken. De elite- werkgroep. Wat een moeite gaf men zich, wat ’n voorspraak riep men in om bij de Radio te komen. Het werk geschiedde aan de lopende band: plankjes schuren en plamuren, schroefboutjes uitzoeken en gaatjes tappen, radiokastjes in elkaar zetten en voor verzending gereed maken. Alles doodeenvoudig en gemakkelijk werk! Men woonde gezamenlijk in een aparte barak, had niets uit te staan met de lastige, langdurige buiten-appels, omdat men binnen geteld werd en genoot allerlei voorrecht. Per week verdiende men daar zelfs drie a vier gulden aan kantinebonnen. Via deze afdeling van N.S.F-Philips kwam door de werkcontacten met het bedrijf in Hilversum allerlei hulpverlening in de vorm van voedsel en communicatie op gang. Het spreekt vanzelf dat het luisteren naar BBC en Radio Oranje een koud kunstje was. Piet Bakker, na terugkeer uit Kamp Amersfoort, voor zijn ouderlijk huis. Toen Kerkweg D 23, nu: Smeetsweg 1a. Vrijlating Vanaf maart 1943 herbergde Kamp Amersfoort veel meer gevangenen dan tevoren. Het zijn er ruim 35.000 geweest over de hele periode dat het kamp be stond, van augustus 1941 tot het einde in april 1945. Tussen maart 1943 en april 1945 waren het er 26.705, een toename nog dat Piet verteld had over de Philips- afdeling. Daar moet hij hebben geprofi teerd van de wat betere omstandigheden en extra hulp. Een geluk bij een ongeluk, zegt men dan. Hij zal op 20 maart 1944 zijn vrijgeko men. Al twee keer eerder hadden zijn ouders, na een seintje van zoon Jan, voor de poort gestaan om hem mee te nemen. Tevergeefs, door toedoen van de kampcommandant. Twee keer heeft Kotalla daar een stokje voor gestoken. De derde keer was Kotalla op verlof en lukte het wel. In Alkmaar heb ik een foto laten maken. Ik had een ontzettend opgeblazen gezicht. De vrijlating had begin februari dus al een feit kunnen zijn. Een aankondiging daarvan is terug te vinden in een brief van zijn broer Jan d.d. 30 januari. Zes angstige weken moeten het nog zijn geweest: kom ik nu wel vrij of niet. Toen hij volgens eigen zeggen door omkoping uit gevangenschap werd ontslagen is hij direct daarop weer ondergedoken en wel in een seminarium in de Peel. Het Gelderse Brakkenstein was het grootseminarie. In het Limburgse Baarlo stond het noviciaat en in het Brabantse Stevensbeek het kleinseminarie van de orde van de Sacramentijnen. In Stevensbeek bleef hij ondergedoken tot aan de bevrijding van Zuid Nederland in september 1944. Deze studieuze omgeving heeft hem geen windeieren gelegd. In zijn Curriculum Vitae van 1973 is hij daar duidelijk over. Deze onderduiktijden en de op de onderduikadressen aanwezige mogelijkheden verschaften hem alsnog de gelegenheid tot een algemeen die samenhangt met de gevangenneming van grote aantallen mannen die zich in 1943 hadden onttrokken aan de arbeids inzet. De meerderheid verbleef er maar kort. Zij die er meer dan drie maanden verbleven, waren oude rotten. Ongeveer de helft is naar Duitsland getransporteerd en daar alsnog tewerkgesteld. Van de andere helft belandde een kwart in een ander concentratiekamp. Onder de resterende 9.230 gevangenen, die veelal zijn vrijgelaten, zijn er nog duizenden geweest die ook bestemd waren voor tewerkstelling. Van de zes broeder- postulanten uit Baarlo, moeten er dus vier hebben behoord tot de helft die al spoedig naar een werkkamp in Duitsland vertrok. De oude rotten Piet Bakker en zijn mede-broeder behoren echter tot de 9.230 gevangenen die in Amersfoort zijn vrijgelaten.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 2013 | | pagina 11