Beste allemaal Anna Bakker-Tesselaar. mijn hartelijke gr. Guurtje, wim, siemen en jo- dag 18 hier is weer een briefje van Moeder nu ik maak het goed en heb alleen wel een beetje last gehad met de warmte met de Pinkster dage wat was ’t ook prachtig weer he hoe is ’t met jelui allen Ali is die weer goed na ’t uitnemen van die bonk en Cor is die ook weer goed beter en zus in alkmaar geweest hebbe jelui heen geweest en Guurtje heb je al een nieuwe zomerjurk het is nu zomer en je ketting is dat goed afgekomen ik heb gister mijn pakje ontvange drie ei[e]ren waren kapot en als ze er zijn stuur dan maar wat tomaten daar hou ik van op brood Trien heeft ze misschien wel al Dirk heeft toch een tomatenkas zeker wat zal ’t vreemd zijn dat de drogerij stil staat verder is toch alles nog ’t zelfde zeker he nu ik hoop dat ik weer gauw bij jelui terugkom was ’t maar vrede he wij kun ne niet beter doen als bidde voor een spoedige vrede en zus met haar medezusters allen mijn hartelijke groette en de getrouwde ook allemaal en met geduld maar weer he Guus kome je vriendinne wel eens bij je en ook je buren en Gerrit kome die wel eens over lope doen ze vooral mijn groette en de geheele famielje en ook de andere buren en famielje mijn groette en ik maak ’t naar omstandigheden heel goed en Siemen zal je vooral voorzichtig zijn met je arm want die kan je niet misse allemaal Op 3 en 4 april 1944 werd het voor onderduikers in het Waarland extra gevaarlijk. Drie leden van de Waarlandse ondergrondse werden toen verraden en overgebracht naar de gevangenis aan de Weteringschans in Amsterdam. Onder hen was Jan Nieuwboer. Mogelijk heeft Cees Bakker rond deze dagen de pastorie als schuilplaats verlaten. Hij was bang verraden te worden. Eerst heeft hij zich nog kort verborgen gehouden bij mijn ouders, Niek Bakker en Coba Roozendaal in de Leijerpolder. Vervolgens vertoefde hij voor de rest van de bezettingstijd in Zwaag in het gezin van zijn dochter Trien en haar man Dirk Groot. Een brief uit Kamp Vught Postbestellingen in kamp Vught waren het belangrijkste, zo niet het enige com municatiemiddel met de buitenwereld. Eens in de veertien dagen een brief, Een brief uit het kamp betekende voor de familie een teken van leven. Verder kon een gevangene van alles vragen, dat in de vorm van een pakje kon worden toegestuurd. Vooral voedsel. Moeder Bakker heeft er duidelijk gebruik van gemaakt. De brief is geschreven vanuit barak 23B en gedateerd op 4 juni 1944. Stuur me liever tomaten dan eieren, schrijft ze, want drie eieren in het pakje waren kapot. Zou ze dit echt zo bedoeld hebben: liever tomaten dan eieren in een voedselpakket van Waarland naar Vught? Als dit een codetaal zou zijn, dan zijn de kapotte eieren misschien een aanduiding van de slechte voedselsituatie in het kamp. Maar dat mocht je zeker niet schrijven. Je moest schrijven, een postkaart of voedselpakket was meestal toegestaan. Anna Bakker moet verschillende brieven hebben ontvangen en geschreven. De brief van haar die be waard is gebleven, bevindt zich thans in Atlanta (U.S.) bij Sonja McAuliffe-Buis, een achterkleindochter van Cees en Anna Bakker-Tesselaar. Sonja bewaart hem achter glas, in een donkere kast. Uiterst kwetsbaar, zo dun als luchtpostpapier. Daarvóór leidde deze brief een verbor gen leven in een sigarenkistje in Zwaag ten huize van Trien Groot-Bakker. En ze had nogal wat van die kistjes, want ze stak graag een sigaartje op. Niet leesbaar meer is de adressering en evenmin het post- of kampstempel.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 2012 | | pagina 18