SIMON DEKKER: CHAUFFEUR
IN INDIË
N. Slagter
Als laatste in de serie Indiëgangers komt Simon Dekker aan
het woord. Net als zo vele jonge jongens in die tijd, zag hij zijn
reis naar de Indische archipel als een welkome afwisseling en
als een avontuur dat lokte. Dat er verhalen in omloop waren die
een negatief beeld gaven, daar trok hij zich niet veel van aan.
Maar in de bijna drie jaar dat hij in Indië was, maakte hij wel de
schaduwkanten van deze oorlog mee.
Daarnaast had zijn vader ook nog een
loonbedrijf om bij andere tuinders aan
de slag te gaan. Na de lagere school ging
Siem bij zijn vader werken. Vooral het
ploegen ging hem goed af: Dat kon ik vrij
goed. Met het omgaan van de paarden
voor de ploeg had ik geen enkele moeite.
We deden ook mee aan wedstrijden,
wie het beste kon ploegen. Daar heb
Tijdens zijn opleiding in Zuidlaren ging
Siem niet elke weekeinde naar huis:
Van ons huis naar de kazerne was een
lange reistijd en het laatste stuk ging ik
vaak liftend. Je was dus lang onderweg.
Bovendien was ik vrijgezel en nam
regelmatig de wacht over van getrouwde
jongens. Dat leverde geld op want de
soldij was in die tijd niet hoog. Dus extra
inkomsten voor mij om uit te gaan in de
stad Groningen, vooral om te dansen. Een
heerlijke tijd was het.
De oproep
Toen de oproep voor de militaire dienst
kwam, schrok Siem daar niet van: Ik was
er eigenlijk wel blij mee dat ik er heen kon
want het avontuur trok me wel. Ik had wel
vervelende verhalen gehoord maar daar
trok ik me niets van aan.
Probleemloos noemt Siem nog zijn
legernummer op: 26 02 26 213 en als
aanvulling: Ingedeeld bij de AAT, de Aan
en Afvoer Troepen, bij de 31e compagnie
en het D-peloton.
In november 1946 moest hij zich melden
in de Adolf van Nassau-kazerne in
Zuidlaren. Naast de gewone oefeningen
zoals marcheren en schieten, kreeg hij
een opleiding tot chauffeur. Dat lag me
wel, zegt hij, rijden in een GMC van het
Amerikaanse leger vond ik leuk werk.
Naar Indië
Na een halfjaar opleiding in Zuidlaren
volgde op 6 mei 1947 zijn vertrek naar
Indië. Siem herinnert zich nog de raad
geving van zijn vader: Het was op een
maandagmorgen, heel vroeg. Voordat mijn
vader naar de paardenmarkt in Utrecht
ging, kwam hij naar boven in de slaap
kamer om afscheid te nemen. Tot slot zei
hij toen tegen me:’Denkom de meiden’.
ik veel prijzen mee gehaald. De liefde
voor paarden was hem niet vreemd.
Dat had hij van zijn vader Dirk Dekker
meegekregen, want die was namelijk ook
nog paardenhandelaar.
imon, kortweg Siem genoemd, is een
O geboren Waarlander. In het huis aan
de Kerkstraat 25 zag hij op 26 februari
1926 het levenslicht. Thuis hadden ze een
gemengd bedrijf. Er werden aardappelen
en kool geteeld en ze hadden koeien.
C
7
Siem Dekker (r)
en zijn broer Cor,
kort voor zijn
vertrek naar Indië.
M'SKarA*
(k-. x'