35
Niet naar Sabinahof,
maar thuis aan de
Weelweg 26.
Moeder raakte niet gauw in paniek,
behalve wanneer er onweer dreigde.
Ze zwaaide dan met een palmtak, ge
drenkt in wijwater, door de kamer. Als
het avond of nacht was, moesten we
allemaal beneden zijn. Op een keer kwam
Kees Noordstrand met de brandhoorn
langs en tikte op het raam en riep:
Jaantje, jullie hoeven niet bang meer te
wezen. De bui is over. Verderop staan
twee boerderijen in de brand. (Op 18 juli
1934 verbrandden in één onweersbui de
boerderijen van de familie Bruin-Bleeker
én die van Bruin-Roozendaal, nu Andries
Dekkerweg 7 en Roodpannenhuisweg 4)
Eens per jaar gingen mijn ouders mee
met het uitje van het zangkoor. Maar
het liefst waren ze in of om huis. De
verstandverhouding met de buren was
goed en men hielp elkaar wanneer het
nodig was. Moeder had een bijzondere
band met Trien Bruin-Danenberg. Ook
na het overlijden van Trien in 2009 is het
contact tussen beide families gebleven.
Van de jongens ging Jan na de lagere school
direct bij een baas in de kost. Cas werkte
na de oorlog bij Freek Stoop en bleef thuis
wonen, Arie en Joop gingen varen.
Siem: Van de zeven jongens was ik de
vijfde. Ik werkte bij verschillende tuinders
en als er wat thuis gedaan moest worden,
werd dit vaak aan mij gevraagd. Zoals bij
voorbeeld strukken voor de kachel halen,
een boodschap doen of klusjes om huis.
Verder had ik het druk met mijn vrienden.
Ik heb een plezierige jeugd gehad. Goede
herinneringen aan de jeugdbeweging, het
koor en de fanfare. Toen ik 23 was, ben ik
uit Waarland weggegaan. En zo af en toe
zien ze me nog terug in Waarland.
Ook de anderen, Gert, Piet en Truus, Gré,
Afra en Tinie, hebben zich thuis altijd
prettig gevoeld. Het goede voorbeeld van
onze ouders deed goed volgen. Tevreden
zijn, verantwoordelijkheid nemen en
aanpakken als het nodig is.
Op zijn 65e stopte vader bij de Hoogovens.
Hij kon zijn ogen bijna niet geloven, toen
hij zijn eerste AOW ontving. Geld dat hij
zo maar kreeg zonder er iets voor gedaan te
hebben. Als het ’s avonds schemerig begon
te worden, deed hij de gordijnen dicht en
stak een sigaartje op. De voorbijgangers
mochten eens denken.Vanaf zijn
twaalfde jaar had hij gewerkt en toen zo
maar achter de geraniums gaan zitten, dat
lag niet in zijn aard. Zijn tuintje bleef zijn
lust en zijn leven en als de buren Siemen
Groen of Kees Stoop hulp nodig hadden
dan was hij altijd bereid hen te helpen.
Vader en moeder zijn niet naar Sabinahof
gegaan. Ze bleven aan de Weelweg wonen.
Vader overleed op 14 mei 1969 en moe
der bijna een jaar later op 8 april 1970.
De een in het Sint Elisabeth en de ander
in het Centraal Ziekenhuis te Alkmaar.
I Drie recente opnamen
I van de Weelweg.
-
o_