Een hemels visioen
45
Bij de hemelpoort van Petrus,
ligt de camping ‘Luwe Hoek’.
Vele Waarlanders van vroeger
gaan daar dikwijls op bezoek.
Bij de koffie en een glaasje
kijken zij terloops omlaag
en bespreken wat zich afspeelt
in het Waarland van vandaag.
Want al zijn ze hemelingen,
daar was toch het stukje grond,
waarop voor hen, lang geleden,
wel hun wieg en woning stond.
Nu zien zij daar nieuwe wijken;
zij zien huizen, mooi en groot.
Weg zijn alle oude krotten
met zo’n poepdoos boven sloot.
Zij zijn trots dat nieuwe wegen
her en der door Waarland gaan,
waar op bordjes dan de namen
van bekende mensen staan.
Meester Smeets is een der oudsten
en ‘zijn’ weg is heel bekend.
Soms staat hij omlaag te roepen:
‘Waarland, ik ben zeer content’.
Hij is met de school begonnen;
drie lokalen op een rij,
daar kwam dan in later tijden
er ook weer een drietal bij.
’t Was de tijd van lei en griffel
of een inktpot in de bank.
Elk lokaal een kolenkachel;
weinig warmte, wel veel stank.
In 1906 werd een derde
lokaal gebouwd.
Zo trof meester Smeets de
school bij zijn komst in
1912 aan.
In de hemel is besloten
met dit feest ook mee te doen.
Iedereen is uitgenodigd
door het personeel van toen.
Door een twintig Cherubijnen
wordt een feestdiner bereid;
Johan Stauss met Weense strijkers
zorgt voor veel gezelligheid.
Petrus wou geen namen noemen.
Zijn computer geeft wel aan
wanneer zij, in witte kleren,
langs zijn poort naar binnen gaan.
13 juni is de feestdag.
Voor hen dringt dus wel de tijd.
Zij zijn hopelijk dan veilig
uit het vagevuur bevrijd.
Maar vernieuwing is gekomen.
De getalsgroei stond niet stil
en de kinderstroom werd groter
ondanks de beperkingspil.
Deze school gaat jubileren,
driekwart eeuw heeft zij bestaan
en een schare hemelingen
is ooit naar Sint Jan gegaan.
Onlangs kwam men nog te weten
(het stond in ‘De Hemelbel’)
van de vroegere scholieren
zit er niemand in de hel.
Slechts een tiental doet wat boete,
is nog in het vagevuur.
Al hun zonden zijn vergeven
en hun straf is kort van duur.
13 juni gaan in Waarland
overal de vlaggen uit.
Maar ook in de hoge hemel
klinkt dan vrolijk feestgeluid.
Zelfs Sint Jan belooft te komen;
dit heeft ieder blij verrast,
want ‘De Hemelbel’ liet weten
hij is dan de eregast.
Wat u nu al hebt gelezen,
schreef ik neer met grote schroom.
Toch zag ik het duid’lijk voor me
in een nachtelijke droom.
Ik geloof in eeuwig leven.
Ieder heeft zijn stille wens;
ziet vervulling in zijn dromen.
Hoe het zijn zal, weet geen mens.
Herman Stam.
Geschreven ter gelegenheid van
75 jaar bijzonder onderwijs in
Waarland.
- V—CC'
witl T-» I l»'/ lu