23
De export
De verbetering van agrarische producten,
waaronder ook bloembollen, kreeg
steeds meer aandacht. Keurings- en
voorlichtingsbureaus gaven cursussen
over o.a. de manier van ploegen, het
juiste tijdstip van planten en over bedrijfs-
hygiëne. Een ander belangrijk onderwerp
was de mechanisatie. Door de gestegen
arbeidskosten ontkwam ook Stoop niet
aan de nodige vernieuwingen. Hij kocht
verschillende machines die speciaal voor
de bollenteelt waren ontwikkeld, waar
door efficiënter kon worden gewerkt.
Ook het personeelsbestand veranderde.
In 1958 eindigde de samenwerking tus
sen Freek Stoop en zijn twee vaste krach
ten. Kees Stoop kocht een tuinbouwbedrijf
aan de Weelweg en Nic Zwagerman
kreeg een baan bij Kramer Zuurkool in
Zuid-Scharwoude.
Het aantal commissionairs bij de in- en
verkoopbureaus van de veilingen was
sterk toegenomen. Het gebeurde dan
ook steeds vaker dat kwekers via zo’n
tussenpersoon handelden. De afzet van
gladiolen werd steeds moeilijker voor
Stoop en hij zag in die tijd ook verschil
lende collega-handelaars afhaken. Om
te overleven moesten andere markten
worden aangeboord.
Rond 1955 was al eens geprobeerd om
met export te beginnen. Hiervoor was
zelfs een aparte NV opgericht, waarin
Jan Kuijs uit Anna Paulowna de compag
non van Freek Stoop werd. Deze had er
varing opgedaan met handel op Enge
land. Jan Kuijs zou de export opzetten
en langs de weg gaan. De samenwerking
was geen lang leven beschoren. De werk
wijze van Jan Kuijs strookte niet met die
van Freek Stoop.
Midden jaren zestig had Gerard Stoop in
Frankrijk enkele kwekers ontmoet die
gladiolen van hem wilden hebben.
Hierdoor veranderde de binnenlandse
klantenkring. De exporteurs, die bij
Stoop plantgoed kochten, zagen zich
beconcurreerd. Dat gaf nogal eens wrij
ving. De firma Colijn Zonen uit Voor-
ging vanaf zijn zestiende mee naar de
Haarlem, Hillegom en ook naar Zuid-
Holland, Zeeland en Friesland. Hij bleef
daar geen toeschouwer, maar hij kreeg
al gauw van zijn vader de ruimte om
zelfstandig beslissingen te nemen.
hout had een grote afzet in Zuid-Frankrijk.
Deze exporteur voelde zich behoorlijk
dwars gezeten toen een kweker in dat
gebied rechtstreeks de gladiolen van
Stoop afnam. De tussenhandel verdween,
de prijs ging een fractie omlaag en vanuit
Waarland werd er direct geleverd. Het
had bij de kwekers in Frankrijk een
sneeuwbaleffect en Freek Stoop wist
binnen korte tijd tientallen miljoenen
stuks plantgoed af te zetten. Colijn
Zonen stond voor een voldongen feit en
liep over naar een andere handelaar. Een
jaar later exporteerde ook deze handelaar
naar Frankrijk en kwam Colijn weer
terug bij Stoop.
Freek en Gerard wilden de export naar
andere landen uitbreiden. Door toeval
gebeurde dat, na Frankrijk eerst naar
Argentinië en daarna naar de Verenigde
Staten en Italië. Freek Stoop kwam op
een zekere dag in contact met Willem
Kloosterboer, die jarenlang in Argentinië
had gewoond. Hij was geremigreerd naar
Nederland, maar zijn zoon verbleef nog
in Argentinië om daar zijn dienstplicht
te vervullen. De weekends bracht de
soldaat in opleiding door bij de Gebr.
Sonneveldt, handelaars in zaden en
bloembollen. Als dank voor het gastvrije
onderkomen wilde Kloosterboer iets terug
doen. Hij bestelde bij Stoop 100.000
stuks plantgoed van de beste kwaliteit
met de fraaie naam Spic en Span. In
twee grote gaaskisten werden de gladio
len naar de haven van Amsterdam ge
bracht en vervolgens verscheept naar
Argentinië. De Gebr. Sonneveldt waren
vol lof over de kwaliteit. Een goede
aanleiding voor Gerard Stoop om daar
eens naar toe te gaan. Er lag een nieuwe
markt open.
Op 21 juli 1969, de dag dat de Ameri
kaanse astronauten Aldrin en Amstrong
op de maan landden, zette Gerard voor
het eerst voet op Argentijnse bodem. Een
belangrijke dag in de geschiedenis van
de ruimtevaart, maar ook voor het bedrijf
van Stoop. Het eerste contract met een
Argentijnse importeur werd afgesloten en
daarna zouden er nog velen volgen.
Een nieuwe constructie
Een jaar voor Gerards eerste vliegreis
naar Zuid-Amerika was de vennootschap
F. Stoop NV opgericht met Freek Stoop
en Gerard als aandeelhouders. Lies,