HET SUCCESVERHAAL
VAN DE CROMICO’S (I)
Nic. Slagter
22
In het rijke verenigingsleven van Waarland speelden de
Cromico’s een grote rol. Hoewel de groep maar een kort leven
beschoren was, wist ze vele successen te boeken en wordt er nog
steeds met veel nostalgie over hen gesproken. Op het hoogtepunt
van hun bestaan waren er, naast Waarland, optredens in de regio
en kon men zich meten met soortgelijke clubs uit de omgeving.
Het Jeughuis, de voor
loper van het Waarlands
Dorpshuis. Jarenlang
het kloppend hart van
Waarland.
Het Jeugdhuis
Waarland heeft vanaf de tijd dat het een
eigen parochie werd, altijd een rijk vere
nigingsleven gehad. Voor al die clubs en
verenigingen werd na de oorlog het Jeugd
huis, de voorloper van het Waarlands
Dorpshuis, gebouwd. In dit gebouw be
gon op 3 mei 1950 Jong Nederland met
zijn activiteiten voor de jeugd. In Waar-
land bekend onder de naam het Gilde.
Er waren in die beginjaren 30 jongens en
7 leiders aan verbonden. De leiders orga
niseerden elke week allerlei bezigheden
voor de jeugd. Het was een soort verken
nerij met spoorzoeken, spelletjes, bal
spelen (in de winter in het Jeugdhuis en
’s zomers buiten op het grasveld) en de
voorbereidingen op de jaarlijkse kampeer-
dagen. Aan Piet Zutt Kz., één van de lei
ders van deze jeugdbeweging, komt de
eer toe dat hij de aanzet voor een mondor-
gelclub gaf. Waarom een mondorgel?
De mondharmonica was typisch een in
strument uit die tijd. Met Sint Nicolaas
of op een verjaardag kreeg menig kind een
Hohner mondorgel. Meerdere jongens
hadden dan ook zo’n instrument, dat ze
wel eens meenamen naar de jeugdbewe
ging. Op een avond was de groep van Piet
Zutt Kz. in de grote zaal van het Jeugdhuis:
in die grote zaal was iedereen lekker bezig
en er heerste een leuk sfeertje. Op een be
paald moment begonnen sommigen op hun
mondorgel te spelen. Dat klonk bijzonder
goed. Toen zeiden we tegen elkaar: ’Laten
we een mondorgelclub oprichten’.
Dat vond iedereen een goed idee.
Mogelijk tot voorbeeld is geweest,
dat op de radio mondharmonicatrio’s
bijzonder populair waren, zoals het
Hotcha Trio. Voor de Waarlandse
jongeren zal meegespeeld hebben
dat een mondorgel niet veel kostte
en ook gemakkelijk was om te be
spelen. Kosten voor muziekbladen
waren niet nodig, omdat er op het
gehoor kon worden gespeeld.
Er werd begonnen en het groepje
jongens, in het begin zo’n zeven,
kon een aardig deuntje wegblazen.
Daarom werden de repetities al
gauw op een aparte avond gehou
den. Het ging zelfs zo goed dat er
iemand gezocht moest worden om
de jongens te dirigeren en die in
staat was om ze verder op te leiden.
Nico Smit werd gepolst en hij bleek
er wel idee in te hebben. Nico had
een zwager, Siem van Diepen, die accor
deon speelde, en die kwam zich bij het
groepje voegen. De accordeon deed uit
stekend dienst, want daarop kon de melo
die voorgespeeld worden. Zoals gezegd
oefende dit groepje met veel enthousiasme
in het Jeugdhuis. Maar ze wilden meer.