Waarland bij Alkmaar een Hoofd 35 Het is niet meer na te gaan wie of wat de beantwoording van dit verzoek heeft ver traagd. Feit is dat de gemeente bijna een jaar later, om precies te zijn op 26 juli 1957, op de brief van Gedeputeerde Sta ten antwoord gaf. In een uitvoerige brief weersprak de gemeente de bezwaren van de appellanten en adviseerde het beroep ongegrond te verklaren. Ambtelijke mo lens malen langzaam. Op 26 november 1958 verklaarde Gedeputeerde Staten het beroep ongegrond, ruim twee jaar na het besluit tot medewerking. Al die tijd ge beurde er niets en moesten meester Raas en zijn personeel roeien met de riemen Niet eerder vertoond Mochten zij echter hebben gedacht dat hiermee de kous af was, dan kwamen zij bedrogen uit. Wat nog niet eerder in de geschiedenis van de gemeente Ha renkarspel was voorgekomen, gebeurde nu. De vijf tegenstemmers tekenden bij Gedeputeerde Staten van Noord-Holland verzet aan tegen het omstreden raads besluit. Volgens artikel 76, 2e lid van de lager onderwijswet 1920, hadden zij daartoe de mogelijkheid. De op 30 juli 1956 verzonden brief aan GS vertoont daarbij duidelijk de hand van burgemees ter Nolet. Zijn alternatief plan om het oude schoolhuis te slopen en op die plek een lokaal aan te bouwen met daarbij de globale becijfering van kosten komen in de brief terug. Met dit verzet trad de eerste vertraging op in de realisatie van de plannen. Op 25 augustus 1956 kwam de brief terug in de vergadering van B en W met het verzoek van GS om bericht en raad, met verzoek een afschrift van het omstreden besluit over te leggen en te be richten, wanneer de mededeling aan het schoolbestuur en de openbare bekendma king van dit besluit hebben plaats gehad. De gevraagde stukken worden gaarne in drievoud ingewacht. eerder uitgesproken bezwaren. Na alle hectiek bracht hij hierna het voorstel in stemming. Met de stemmen van de le den Molenaar, Jonker, Burger, Lantman, C. Groot en Dekker vóór en de leden P. Groot, Karsten, Paarlberg, Van der Oord en Tiebie tegen, werd besloten de ge vraagde medewerking te verlenen. Het schoolbestuur kreeg enkele dagen later de schriftelijke bevestiging van het be sluit. J.M.A. (Koos) de Heij, geboren op 28 mei 1919 in Alphen aan den Rijn, was een late roeping in het onderwijs. Na zijn lagere schooltijd koos hij voor een pries teropleiding. Kort voor de wijding beëin digde hij deze studie. Enige tijd werkte hij op een accountantskantoor, waarna hij in dienst trad van het Ministerie van Economische Zaken. Bij de Centrale Dienst van het ministerie hield hij zich bezig met het beoordelen van aanvragen voor deviezenvergunningen voor import en uitvoer naar dollarlanden. Een goede baan die veel contacten met het bedrijfs leven met zich meebracht. In juli 1952 kwam er door een reorganisatie een eind aan deze functie. Dat leidde een onver wachte ommezwaai in van zijn leven. Hij zag af van een benoeming elders in de organisatie van het ministerie en koos voor het onderwijs. Al meerdere jaren was hij als hopman betrokken bij het jeugdwerk in Hazerswoude. Daar had hij ook zijn vrouw, Toos Bezuijen, ontmoet, waarmee hij op 25 augustus 1949 in het huwelijk was getreden. die ze hadden en blijven wachten op de verdere stappen van de overheid. Een late roeping Meester Raas echter kon zo lang niet meer wachten. Tijdens de juni-vergade- ring 1957 van het Oudercomité deelde hij mee, dat hij gezien zijn pensioenge rechtigde leeftijd per 1 januari 1958 ging vertrekken. Het schoolbestuur was uiter aard al op de hoogte van dit naderend af scheid. In het Katholiek Schoolblad ver scheen een piepkleine advertentie waarin een hoofd werd gevraagd met ingang van 1 januari 1958. Op deze advertentie rea geerde een onderwijzer uit Hazerswoude. GEVRAAGD met ing. v. 1 jan. '58 aan de St. dans school De school telt 7 leerkrach ten. Brieven aan de ZeerEerw. Heer N. Buurman, Pastoor, te Waarland.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 2006 | | pagina 35