3 Buurjongetje Lau Stoop. Morgen krijg ik zeelt en Jantje en Moe der dan de paling die Aijen gevangen heb in de Oudkarspelderpolder. 18- 02-1943 Louwtje Stoop is jarig. Van daag niet veel beleefd, wat gewerkt en van middag kousen gestopt. Radio halfuur van Frans van Laan was nogal mooi. Vandaag is Giel Smit en Marie Pais en Marie Roo- zendaal haar Moeder begraven. Vanavond ben ik uit mijn humeur en een beetje wis pelturig, dat heb ik enkel wel meer. Of het komt dat ik gebrek krijg aan frisschen lucht? Ik denk het, want ik voel mij soms zo naar en bedrukt. Was er maar een goed vooruit zicht aangaande mijn been, maar hierin moet ik nog wel even geduld hebben, of schoon dat wel eens moeilijk wordt. Al van Kerstmis af geen schoen aan kunnen heb ben, dat loopt zo zwaar en ik wil evengoed elke dag proberen mijn werk te doen. Maar ook dit wordt elke dag moeilijker. Dus in plaats van vooruitgang een langdurig ge sukkel en pijn in mijn been, dat zie ik er in. 19- 02 Het lijkt wel of de 19e Febr. voor mij altijd een nare dag is. Vijfjaar geleden: een zeer been. Verleden jaar een H. Mis laten opdragen met de H. Communie op mijn bed voor de bekering van een zondaar. En nu vandaag heb ik mijn benen gewasschen. Daar kwam ik tot de ontdekking, dat mijn teentje weer open is en mijn andere been: ook geen vooruitgang. Dit voelde mij wel zo erg aan, dat ik een reuze zenuwe aanval kreeg, maar dit is nu gelukkig weer beter en nu is het bijna half negen. Bertus is aan het karnen, want we zijn al de hele dag aan de gang geweest. Vanmiddag, net onder het eten, kwam de zwerver bij ons te vragen om werk. Aijen heb weer visch gevangen. Moeder kreeg van Bakker Busker een brood zonder bon, dus die was ook weer blij. Ik denk dat ik nu weer eens even lezen gaan, straks maar weer met Teddy te bed. Ik hoop dat Frans morgen toch even naar Docter toegaat, dan vraag ik of hij even aan Docter vragen wil, nog eens even naar mijn been te komen kijken. 20- 02 Een droevige morgen, een blijde dag, zeggen ze wel eens, want dit heb ik ondervonden. Gisteravond ben ik met mijn been in m’n hand huilend in slaap gevallen en vanmorgen kwam Frans bij Docter vandaan en vertelde dat Docter vandaag komen zou. Dus ik hield maar rust met kousen stoppen. Om tien uur begon ik tot twaalf uur, om kwart over één tot half zeven aanhoudend, toen was ik alweer klaar. Maar nog was er geen Docter geweest, toen wou ik even gaan rusten, toen het motortje van de assi stent aan kwam rijden. Hij heeft me met liefde geholpen en een stevig verband omgelegd en dat moet tot donderdag zit ten blijven, dan komt hij weer terug. Nu moet ik vlug eindigen, want ik moet mijn noveengebed nog doen, ofschoon mijn gebed al half verhoord is. De Engelsche zender staat aan. Aijen zit dwars naast mij, Arie is voor de landbouwcursus aan het lezen. Frans is bij de radio, Jantje gaat net zitten, die heeft aan het karnen geweest. Siem speelt met Teddy, vader kaarten, Moeder is aan het lezen het boek van De Zoon. 21- 02 Zondag. Het is erg damp geweest vandaag. Bakker Busker kwam nog met taart, want Moeder trakteerde op taart, omdat het karnen goed afgekomen was. Vanmiddag zaten Vader, Moeder en ik alleen, weer net als woensdag. Aijen en Jantje waren naar Anne en Piet, ook met taart. Arie en Bertus naar Langedijk naar het voetballen te kijk. Siem hier naar Con Zelo. Frans is naar Leo van Orden toe. Nu is het avond en ga ik nog even naar Urs Dekker schrijven. Ik zou weer gauw naar m’n bed gaan denk, want ik ben moe geworden om op twee stoelen te zitten, maar ik heb ook geen zin om in bed te blijven. Morgen zou het beter gaan in vaders stoel zitten. Vader houdt net op met kaarten, want het gaat niet naar zijn zin. Dus neemt hij nog maar een pruim pje, moeder leest en Jantje en Aijen zijn aan het dammen en Teddy ligt op een stukje toffee te wachten.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 2006 | | pagina 2