9
De zaag-schaafmachine van
de Fa. J.A.M. Keet is nu, in
originele staat, opgesteld in het
museum van houthandel Pont
Meyer (voorheen Kon. Hout
handel Eecen) te Oudkarspel.
In een barak
Voor Anne Keet-de Wit was het wennen
in Waarland. De eerste twee jaar miste
zij haar man erg. Hij was in dienst,
zelfs op 25 februari 1915 toen hun
zoon Jacob werd geboren. Anne was op
een boerderij opgegroeid en hield van
dieren. Om dit gemis daaraan enigszins
te verzachten, was achter de werkplaats
een hok gemaakt. Hier hield ze ruim
zestig kippen en ze verkocht de eieren.
Het zakenleven lag haar niet zo. Ze
hielp een klant alleen aan spijkers, voor
andere boodschappen zei ze steevast:
‘Kom om zes uur maar terug, want dan
is de baas thuis.’ Op 7 augustus 1918
werd hun dochter Trien geboren. Kort
daarna kreeg Anne de Spaanse griep
en moest ze kuren in een van de
houten barakken aan De Weel. Na drie
maanden kwam ze gelukkig weer thuis.
Enkele jaren later, op 19 december
1924, is Jan geboren.
Een rosmolen voor kantjes
Pastoor Vollering had in oktober 1918 de
opdracht van de bisschop van Haarlem
gekregen om een parochie in Waarland
te stichten. Tot een nieuwe kerk was
gebouwd, werd de stolp van Cees
Blankendaal gebruikt als noodgebouw.
Voorafgaande aan de bouw van de kerk
zette Jo Keet eerst een nieuwe woning
met wagenstal voor Cees en Marijtje
Blankendaal (nu: Kerkstraat 57). Daarna
verrees de pastorie, waarmee een bedrag
van f40.896,38 was gemoeid. Op 1 de
cember 1920 kon Vollering deze betrek
ken. Bij de aanbesteding van nieuwe
kerk waren er nogal wat meningsver
schillen. Het bouwbureau van het bisdom
had o.a. de aannemers Bot uit Heerhu-
gowaard-Zuid en Vlaming uit Schagen
uitgenodigd in te schrijven voor de bouw
van een kerk met 500 plaatsen. Vollering
was hier fel op tegen, hij vond dat timmer
lieden en metselaars uit eigen dorp dit
zouden moeten doen. Hij kreeg zijn zin.
De bouw van de kerk naar een ontwerp
van Jos Th. J. Cuypers, werd gegund aan
Jo Keet, Daaf van der Gulik en Siemen
Jaspers voor f109.589, waarbij Keet als
hoofdaannemer optrad. Het was een hele
klus. Met zo’n twintig man was men dage
lijks bezig. Verschillende tuinders boden de
helpende hand en konden wat extra ver
dienen met het graven van de funderingen
en het opperen bij het metselwerk. Alle
stenen en specie moesten met de hand
worden aangevoerd. Het timmerwerk werd
door Keet en Van der Gulik gedaan, zo ook
de banken en de sierspanten van het dak.
Keet en Van der Gulik werkten ook wel
samen in die tijd. Beiden hadden geen
metselaars in dienst. Dit werk werd ge
daan door Siemen Jaspers. In Waarland
was de woningbouwvereniging ‘Goed
Wonen’ opgericht met als doel huur
woningen te bouwen. De vereniging
kon met een lening van de Boeren
leenbank en aandelen van particulieren
twee dubbele
woonhuizen
financieren. In
de Alkmaar-
sche Courant
van 19 juni
1918 staat het
resultaat van
de samenwer
king vermeld:
Waarland. De
Bouwvereeni-
ging ‘Goed
Wonen heeft
den bouw van
twee dubbele
woonhuizen
opgedragen
aan de heeren
Van der Gulik
en Keet, timmerlieden en S. Jaspers en
v.d. Eng, resp. metselaar en schilder,
allen alhier. 15 September 1918 moet
een en ander gereed zijn. (Nu: Kerkstraat
19 en 21, Slootgaardweg 32 en 34).