GEHEIM VAN HET DIEPE GAT Joop Zutt 48 Het ligt bepaald niet voor de hand om bij de Diepgatweg te denken aan oorlogsgeweld. Toch werd de familie Poland-Stoop, wonende op nummer 16, geconfronteerd met sporen van oorlogsgeweld uit een ver verleden. Andere ’zware metalen’ laten ons nog met de nodige vraagtekens zitten. Age Visser is in januari 2003 overleden. Bodemvondsten Al geruime tijd is het tuindersbedrijf van de familie Poland-Stoop gevestigd aan de Diepgatweg. Het zal inmiddels een jaar of tien geleden zijn dat Jan Poland bij het ploegen van een stuk land nabij de ringsloot bij Oudkarspel op een zwaar brok metaal stuitte. ’Wil je daar niet elk jaar opnieuw last van hebben, dan moetje die rommel afvoeren’, was Jans reactie. Thuis gekomen werd ’de rommel’ nader bekeken en schoon gemaakt. Tot zijn verrassing kwam er een ronde metalen bol tevoorschijn. Enige tijd later werd een tweede exem plaar gevonden. Nu was het echter een afgeplatte bol met een gat aan de bovenkant waar nog restanten van schroefdraad zichtbaar zijn. Ook aan de zijkanten van die bol zitten gaten met een doorsnede van één cm. Een laatste vondst leverde weer een nieuwe variant: weer een ronde bol, maar nu met een afdekplaatje aan de onderkant en aan de bovenkant de restanten van een soort versiering. Deze ’oogst’ werd als curiositeit bewaard aan de Diepgatweg tot Age Visser, leraar Tuinbouw aan de Landbouw Hogeschool te Wageningen én amateur-archeoloog, de bodemvond sten onder ogen kreeg en voor nader onderzoek mocht meenemen. Een gave zesponder Spoedig kwam hij terug met het resul taat van zijn bevindingen. De ronde bal had geen geheimen. Het was een origi nele zesponder met een doorsnede van negen centimeter. De kogel, want dat was het, is vrij gaaf en maar weinig ver roest. Blijft natuurlijk de vraag uit welke tijd de kogel afkomstig was. Ook daar wist Age Visser een duidelijk antwoord op te geven. Het is een projectiel afkom stig uit een kanon van het Nederlandse leger, dat dit type kanon vanaf de Tach tigjarige Oorlog tot circa 1890 in ge bruik had bij de Nederlandse artillerie. Dergelijke kanonnen werden in het ter rein voortgetrokken door zes paarden. Dat was wel nodig omdat de bronzen loop van zo’n kanon wel driehonderd kilo woog. De affuit, waarop de loop was bevestigd, woog nog eens zeven honderd kilo. Dus die paardenkrachten waren terdege nodig. Gezien de goede staat waarin de kanonskogel verkeert, moet het projectiel van rond 1800 zijn. Die datering komt goed overeen met het oorlogsgeweld van 1799, het jaar van de mislukte Brits-Russische invasie in Noord-Holland. Met de grote landings- operatie zouden de Britten en de Russen de Bataafse Republiek trachten te vero veren en daarmee de Franse bezetter een Een kanon van het Nederlandse leger. In gebruik vanaf de Tachtigjarige Oorlog tot 1890. -

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 2003 | | pagina 49