a
Geen voetbal, wel een ‘biljartje’.
Goeie bazen.
Niek Nolten had als los arbeider altijd
werk, ook in de moeilijke crisisjaren.
Eerst bij Jan Bruin-Jong, later bij Simon
en Gert Jonker. Hij had aan alle drie een
goede baas, echter bij Gert Jonker kwam
Niek wat vaker overhuis. Hij was kame
raad met Willem Jonker, die bij Gert was
thuisgehaald. Ook Nieks oom, Jan Groen
van de ‘Akkerendam’ en vroegere buur
Jan Spaans waren blij als hij in drukke
tijden kon bij springen met melken of
hooien. Voor zijn oom bracht hij de melk
met een hondenkar naar de weg en voor
Spaans reed hij met paard en wagen.
In het voorjaar van 1930 zette Jan Meester
aardappelen. Onrustig keek hij steeds ach
terom. Toen hij aan het ‘end’ van de akker
was, zag hij rook en vuur: zijn oude stolp
stond in brand. Veel haast had hij niet om
de brand te blussen. De stolp brandde tot
aan de grond toe af en toen iemand hem
vroeg of hij hoog verzekerd was, zei hij:
‘Ja, tot de nok an toe.Of de verzekering
heeft uitbetaald verhaalt de geschiedenis
niet, wel vertrok Meester op een zekere
dag met de noorderzon.
Niek vertelt: ‘Een sportman was ik niet, ik
hield van biljarten en kaarten.
Verder verbrandde nog in 1932 op klaar
lichte dag de boerderij van de familie Pan
kras in de Speketer en een j aar later de boe
renplaats van Jacob Moras. Tijdens een
zwaar onweer op 18 juli 1934 de boer
derijen van Cees Bruin én van Piet Bruin.
Op 14 oktober 1934 werd de stolp van Piet
Ruiter door de bliksem getroffen. Hier kon
het gezin ternauwernood worden gered.
Voetbalvereniging Con Zelo speelde in de
beginjaren van haar bestaan op een stuk
grasland waar nu Sabinahof staat. Een
groep enthousiaste jongens, die zich
O.K.B. ‘Op Klompen Begonnen’ noemde,
was de aanzet tot een officiële club. Niek
Nolten had geen binding met deze jon
gens. Als hij de hele week had gewerkt,
voelde hij er niets voor op zondag tegen
een bal te trappen.
In augustus hielp Niek thuis met de oogst
van zilveruitjes. Deze werden met de hand
geplukt en op de akker op kleden uit
gestort en gedroogd. Daarna schepte Niek
de uitjes in een bak met een zinken plaat,
zeefde en sorteerde ze: klein of nep tot 28
mm, drielingen van 28-35 mm en groter.
De nep en drielingen waren voor de
verkoop, de grote uien werden op de belt
gestort. Niek weet zich te herinneren dat
hij met de praam stenen en balken van een
vierkant moest halen uit de Speketer.
Deze waren afkomstig van een gesloopte
boerderij. Zijn vader heeft tezamen met
metselaar Simon Jaspers van dit materiaal
een koeboet achter het huis gemaakt.
17
De ‘brandpolder Zes
stolpen gingen ‘in rook’
op. 1 Stolp van Jan
Meester, 2 van de familie
Pankras, 3 van Jacob
Moras, 4 van Cees
Bruin, 5 van Piet Bruin,
6 van Piet Ruiter.
Niek kon in drukke tijden
bijspringen bij buurman
Jan Spaans. VJ.n.r.:
Marie Spaans, Niek Nol
ten, Reijer Spaans en
Nel Spaans met een kind
op de arm.
A
V .-'X