'1Ï
vM V z
Bijzondere flora en fauna.
van de gemeente Harenkarspel ging in de
vergadering van vrijdag 19 november
1971 akkoord niet het verzoek van de
Spoorwegen en stelde een krediet van
24.000 beschikbaar. De N.S. gaf een bij
drage van 15.000 in de kosten. Ten be
hoeve van het agrarisch verkeer werd aan
het einde van de Oostkade een verhard
keerpunt gemaakt. Eerder al was de
zuidelijke overgang in de Oostkade aan
het verkeer onttrokken.
Het gebied van de Boomerwaal kent een
bijzondere flora en fauna. Opvallend is
het voorkomen van planten die doorgaans
in een enigszins zilt milieu groeien. Dit is
te danken aan de bodemgesteldheid van
het gebied, waarin nog steeds sporen zijn
te vinden uit de tijd dat deze omgeving
door zeewater is overspeeld. De planten
groei heeft zich in enige mate aangepast
aan het zoetwatermilieu. Het is niet on
denkbeeldig dat planten als ruwe bies,
heemst, waterpunge en aardbeiklaver het
op den duur niet volhouden en dat deze
soorten geleidelijk in aantal achteruit zul
len gaan en wellicht geheel verdwijnen.
De bijzondere grassoort, de zegge, komt
in deze omgeving veelvuldig voor. Voed-
selarme milieus komen in het natuurreser
vaat voor op kleine plekken waar laag-
veenvorming optreedt met soorten als
smalle en brede stekelvaren en in de dras
sige hooilanden met o.a. rietorchis en de
echte koekoeksbloem. De rietlanden zijn
voedselrijk met vooral langs de randen
ruigtekruiden en moerasmelkdistel. Een
kruidenrijk grasland is te vinden op de
dijk van het kanaal. In de zijtakken van de
Boomervaart treft men voor West-Fries
land minder algemene soorten aan zoals
kalmoes, kikkerbeet en zwanebloem. De
ze laatste soort vormde waarschijnlijk de
aanleiding tot het geven van deze naam
aan het nabijgelegen watertje. Terecht
werd De Boomerwaal en de directe omge
ving tot beschermd gebied aangewezen.
Het natuurreservaat de Boomerwaal ligt
in de zuidoosthoek van de gemeente Ha
renkarspel en Niedorp, ten oosten van
Waarland en is in het bezit van Staatsbos
beheer. Het ligt ingesloten tussen twee
druk bereden provinciale wegen, maar
De Boomerpolder, een
ongereglementeerd
poldertje, gelegen
tussen de Boomervaart
en de Provincialeweg
Verlaat-Schagen.
sluiten op de aloude kade die in het mid
den van de zestiende eeuw was aangelegd.
Door deze tracéwijziging kwam er ook
een nieuwe spoorwegovergang in de
Oostkade te liggen. De twee spoorweg
overgangen in de Oostkade waren niet
beveiligd en het kon niet uitblijven dat
deze onveilige oversteekplaatsen vroeg of
laat slachtoffers zouden eisen. Op 17
november 1953 kwam Jan Veldman, een
broer van de eerder genoemde Joop, ter
hoogte van de spoorwegovergang bij het
kanaal door de trein om het leven. Nadien
zijn er op verzoek van het polderbestuur
en de gemeente Harenkarspel bij de
Nederlandse Spoorwegen verzoeken neer
gelegd voor een betere beveiliging. Deze
werd gevonden door aan weerszijden van
de oprit klaphekken te plaatsen. De vei
ligheid werd weliswaar vergroot, maar de
overgang bleef toch het nodige gevaar
opleveren. In een brief van 5 oktober 1971
richtte de N.V. Nederlandse Spoorwegen
te Utrecht een verzoek aan de gemeente
raad van Harenkarspel ‘om conform arti
kel 11, le lid van de Wegennet een besluit
te nemen tot onttrekking aan het openbaar
verkeer, van het in de gemeente en op NS-
terrein gelegen gedeelte weg, belast met
een recht van publieke overweg bij km.
27.588 in de spoorweg Den Helder-
Heerhugowaard, deel uitmakende van de
Oostkade Redenen van dit verzoek wa
ren de ongevallen met dodelijke afloop
die hier hadden plaatsgevonden op 11
oktober 1965 en 1 maart 1969. De raad
.'Zw
34