1
A\
w
Molenaar en kadewerker.
Het begin.
r>
I
29
De molenaar van de Waarlandspolder
werd bij zijn aanstelling steevast benoemd
tot kadewerker. Daarmee zou hij wat extra
inkomen hebben. Het was van groot be
lang voor het bestuur en de ingezetenen
dat de kade goed werd geïnspecteerd en
onderhouden en dat de veiligheid in de
polder kon worden gegarandeerd. Die
zorg kon aan de molenaar wel worden
toevertrouwd. Het smalle pad op de kade
werd onderhouden met sintels. Deze wer
den, zo mogelijk, betrokken bij de Ge
meentelijke Lichtbedrijven te Noord
Scharwoude. Men betaalde in 1941 een
rijksdaalder voor een ton sintels. Ook het
talud van de kaai hield de molenaar goed
in de gaten. Als hij weer eens een ‘verse’
molshoop in het vizier kreeg, dan werden
er klemmen gezet om een doorbraak of
het verzakken van de kade te voorkomen.
Het vangen van mollen en ratten leverde
weer extra inkomen voor hem op. De laat
ste kadewerker van de Oostkade was Cor
van der Heijden.
Tegen het einde van de Tweede Wereld
oorlog dreigden de Duitsers de Neder
landse polders onder water te zetten. Het
polderbestuur, bestaande uit Jac Hoebe,
Jan Bruin Pz., Piet Danenberg, Gert Jon
ker en Piet Nieuwboer, zocht naarstig naar
mogelijkheden om dit dreigende gevaar
het hoofd te kunnen bieden. Na langdurig
beraad kwam het bestuur tot de enig
bruikbare oplossing: de kaden rond de
polders Waarland en Slootgaard moesten
ca. vijfendertig centimeter worden opge
hoogd. Na goedkeuring van de ingelanden
werd het plan uitgevoerd. Ook langs de
Oostkade werd een sloot gegraven en met
behulp van kruiwagens en lorries werd de
grond op de kade gebracht. Het misdadig
plan van de bezetter werd uitgevoerd in de
Wieringermeer. West Nederland, dus ook
Waarland, ontsnapte aan dit barbaarse
plan.
Als we ons verplaatsen naar de zestiende
eeuw dan zien we dat het westelijke deel
van West-Friesland bestond uit enkele
eilandjes en veel binnenmeren. Grote stor
men, van meer dan tien eeuwen geleden,
hadden op een reusachtige manier in Hol
lands Noorderkwartier huisgehouden en
ervoor gezorgd dat er ten zuiden van Pet-
De grenzen van de
gemeente Haringcarspel
en Oude Niedorp waren
lang onduidelijk. In
opdracht van de 'Ed:
Mog: Heeren van de
Reeckenkamer der
Graefflickheyts van
Holland'werden op deze
kaart uit 1652 de grenzen
definitief vastgesteld.
waterwel aan de overzijde van de spoor
dijk lag meer naar het kanaal toe, ter
hoogte van de boerderij van de familie
Veldman (nu familie Bakker Oostkade 3).
Ook alle aansluitingen voor de andere
nutsvoorzieningen kwamen daar veel later
tot stand dan in het dorp zelf. Tot op de
dag van vandaag wachten de bewoners
nog steeds op een rioolaansluiting. Nu
nog wordt er door hen gebruik gemaakt
van septictanks. Het zal duidelijk zijn dat
er ook nog geen aansluitingen zijn voor
kabelontvangst van radio, televisie en da
taverkeer.
i;
I
..M fe u