Herinneringen van Niek Nolten. Het werk als brugwachter. 18 Ondertroimd en gehuwd. Drie huwelijken op één dag in de gemeente Nieuwe Niedorp. Impressie van het modderen. Tekening: Cor Spil. Naast alle voorkomende werkzaamheden bestond zijn werk ook voor een deel uit ‘Mijn vader is geboren op 4 april 1880 en werkte in de beginjaren van zijn trouwen bij buur Jan Spaans, die woonde op de boerenplaats (nu: Ringvaartweg 6). Hij werkte bij hem zowel in het voorjaar als in de zomer’, weet Niek zich te herinneren. ‘prutte of moddere’. Om een goede afvoer van water te hebben en om de sloten op voldoende diepte te houden voor de door vaart van de schuiten, moesten deze regel matig worden uitgebaggerd. De bagger diende als bemesting voor het land; er was toen nog weinig of geen kunstmest. Klaas Nolten begon zodra het licht was en deed twee pramen per dag. Hiervoor gebruikte hij de modderbeugel; een lange houten stok met daaraan een net. Staande in zijn smalle praam, stak hij de beugel tot op de bodem van de sloot en schraapte bagger in het net. Deze gooide hij in de schuit, waarin twee zettelborden stonden. Dit om te voorkomen dat de hele schuit vol bag ger liep. Als het water tot aan de rand stond werd de praam geleegd. Hij ‘kloet te’ naar het stuk land, waarover de bagger moest worden verspreid. Hij ‘oósde’ de praam leeg met een prutschop. Klaas maakte een modderbelt met een hoogte van 40 tot 50 cm. Wanneer de bagger was ingedroogd, werd deze met een trog over het land uitgereden. Dit is een houten bak met sleepijzers. Daarvoor stond een paard en deze trok de modderbak. Op de plek aangekomen, waar de trog moest worden geleegd, werd zoveel mogelijk snelheid gemaakt en met een scherpe draai werd de trog omver getrokken. En zo werd de vruchtbare grond over het land verspreid. ‘Mijn drie broers, twee zusters en ik zijn geboren bij de Speketersbrug’, vertelt Niek. ‘Er staan twee huisjes bij die brug en in beide heeft ons gezin gewoond. Mijn vader was daar brugwachter, maar mijn moeder bediende overdag de brug. In die tijd had de mechanisatie bij de vee houders haar intrede gedaan. Buur Spaans had een maaimachine gekocht. In de hooi maand juli kon men op ruim honderd meter afstand zijn ratelende gevaarte met daarvoor twee snuivende paarden over de weilanden horen gaan. Wanneer de zon het gras geel had gekleurd, moest Klaas helpen. Dan werd het hooi op ruiters ge zet. De wind zorgde ervoor dat het hooi goed droogde, waarna het met een platte wagen in de dars van de boerderij werd gereden en vervolgens in het vierkant werd opgetast. In Nieuwe Niedorp vond op 22 april 1906 een bijzondere gebeurtenis plaats. Drie bruidsparen; een zoon, de moeder en een dochter trouwden op die dag. Als eersten verschenen Klaas Nolten en zijn bruid Jantje Groen voor de ambtenaar van de burgerlijke stand. Daarna werd het huwe lijk van Arie Bommer en Neeltje Appel man voltrokken. Neeltje Nolten en Klaas Wagemaker vormden het derde bruidspaar van deze speciale huwelijksceremonie. Door het huwelijk van Neeltje Appelman kregen ‘heurjoós’ er vier tafelbroers en drie -zusters bij: namelijk Piet, Arie, Manus, Jan, Neeltje, Betje en Jantje Bommer. Gemeente NIEUWE NIEDORP. Ingeeohreven tan 180 April 1906. Geboren Geene. Ondertronwd: Dirk Smit en Jannetje Middelbeek ▼an Haringoarapel Ondertrouwd en GehuwdNieolau Nolten on Jantje Groen van Haringcarepel. Arie Bommer, wedn. van Antje Kootf, van Haringcarapel an Neeltje Appelman, wed. van Johannes Nolten. Klaas Wagemaker van Haringkarspel en Cornelia Nolten. Jacob Jongejan en Jantje Bakker van Hoogwoud. Cornelia Floor en Neeltje Btrgbin, beiden alhier.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 2001 | | pagina 20