Voorwoord. Joop Zutt, voorzitter. Taal blijft veranderen. Bovenstaande aan hef van een brief uit 1720 werd geschre ven door een scheepstimmerman aan zijn vrouw, voor die tijd in goed Nederlands. Maar wèl de taal van tweehonderdtachtig jaar geleden. Wanneer we nu een boek lezen, dat vijftig jaar geleden is geschre ven, valt het al direct op hoe onze taal is veranderd. Engelse woorden, nu vaak gemeengoed, komen we nauwelijks tegen. Gaan we verder terug in de tijd dan wordt de taal echt ouderwets: mensch met ch en zoo met dubbel oo. Boeken en geschriften uit de 19e eeuw zijn ook voor ons nog goed leesbaar, maar toch stuiten we in notulenboeken regelmatig op woorden die we vandaag niet meer gebruiken. Officiële akten werden in die tijd door spekt met Latijnse en vooral Franse woor den en uitdrukkingen. Het woordenboek moet er dan al regelmatig aan te pas komen om de geschreven tekst juist te kunnen interpreteren. Graag willen we voor ‘Toendertoid’ verder terug in de tijd. De oudste notulenboeken, in bijzonder de Schout en Schepenboeken van de Heerlijckheid Haringcarspel, willen we doorvorsen om te ontdekken of zaken over ons dorp en polders vermeldens waard zijn. Deze geschreven teksten zijn voor ons echter niet leesbaar. Vandaar dat Piet Kleverlaan, Arnold Lantman en ondergetekende een cursus ‘oud-hand- schrift’ zijn gaan volgen. We kregen o.a. als huiswerk de brief van de scheepstim merman te vertalen. 'Mijn seer lieve huijs- vrou. Ick laet u lieve weeten als dat ick nogh gesont ben en ick hoop dat het met u lieve en mijn kindere oock so is. Hoe onze taal is veranderd! Ik hoop dat u in de komende nummers van 'Toendertoid’ enig resultaat van de cursus zal tegenko men.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 2000 | | pagina 3