An de flort. Stank voor dank. 39 Het plan van Cor een fietsenstalling te beginnen bleek een schot in de roos. Het bericht dat men bij Schipper zijn fiets kon stallen deed in Waarland al snel de ronde. Velen uit Waarland moesten met de bus mee en om zomaar de fiets onbeheerd ergens neer te zetten, nee, daar paste men wel voor op. Een van zijn eerste klanten was Cor Smit van Betje die bij de papier fabriek van Van Gelder te Velsen werkte. Alie Schipper weet nog hoe blij hij was toen hij 65 jaar werd en verlost was van zijn vroege en late dienst. In het begin kostte de stalling van een fiets een dubbel tje, later werd dit verhoogd naar een kwartje. De schoolkinderen rekenden een keer per week af en zij die bij de Hoog ovens werkten een keer per maand. De ‘losse’ klanten betaalden met klinkende munt als zij hun fiets ophaalden. Al met al had Alie het er druk mee en helemaal na de geboorten van Hans, Ada en Adri. Voor alle zekerheid had ze altijd een kussen onder tafel liggen, waar ze dan in de gauwigheid de baby oplegde als ze naar de fietsenstalling moest. Cor droeg, als hij thuis was, ook zijn steentje bij aan het stallingswerk. Altijd was er wel een fiets waarvan het achter lichtje het niet deed of er was een band lek. Geen probleem voor Cor. Hij stond altijd voor je klaar het euvel te verhelpen. De meeste tijd ging zitten in het lollepot- ten, het praatje dat altijd werd gemaakt als de mensen hun fiets ophaalden. De dorpse nieuwtjes, het wel en wee en hoe is het nou met die en die. Alie kende haar klan ten op een urt. Van de schooljeugd, die met de bus naar de scholen voor voortge zet onderwijs ging, wist ze precies van wie het er een was. Als de huisvrouwen te stadten waren geweest en bepakt en be zakt de bus uitstapten, werden die spullen zolang in de fietsenstalling opgeslagen en later weer opgehaald. Bij Alie en Cor kon alles, zolang het maar in het redelijke bleef. Het geld dat zij aan de stalling van fietsen ontvingen, kwam goed van pas als aanvulling voor de huishoudpot. De meeste klanten waren goudeerlijk en het moet gezegd, soms vond Alie dat de Waarlanders vaak an de flort gingen. Het schoonmaken van het bushokje was ook een van de taken die Alie te verzorgen had. Regelmatig lapte ze de 24 ramen en haalde ze de baleinen bezem flink over de vloer. Daar ontving ze van de gemeente Harenkarspel een kleine vergoeding voor maar dan moest ze niet teveel vrouwen in het hokje krijgen die daar open en bloot hun behoefte deden. Zoals die keer dat Alie vanuit haar keukenraam een vrouw zag die langzaam haar broek liet zakken en op haar hurken ging zitten. Witheet stoof Alie naar buiten, pakte een emmer water en nam haar bezem. Ze smakte de emmer op de grond en commandeerde Cor en Alie Schipper bij hun fietsenstalling. verderop woonde waar nu Camping ‘De Oude Boomgaard’ is. Meinis was onder aannemer en had personeel in dienst die Cor Schipper aanraadde bij zijn huis een fietsenstalling te beginnen. Cor liet zich overhalen en legde het plan aan zijn vrouw voor. Maar Alie zag die hele romp slomp al voor zich en mopperde dat ze met haar drie kinderen, Gerard, Peter en Kees, al meer dan genoeg werk had. Uiteindelijk zag ze in dat het heen en weer geloop naar die fietsenstalling ook wat stuivers zou opleveren en stemde toe. In het najaar van 1953 werd de fietsenstal ling gebouwd en na enkele jaren werd het onderkomen door zelfwerkzaamheid voorzien van een tegelvloer. 1

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 2000 | | pagina 41