ël
Zelf wegen.
Stoperig vlees.
Deel van de eer
ste huis-aan-huis
folder van
Modelslagerij
Jb. Wever.
Als het slachtvee door Cees Slijkerman in
de loop van de maandagmorgen bij Wever
was afgeleverd en een plek naast de slage
rij had gevonden was het de beurt voor
dierenarts G. van der Kolk uit Nieuwe
Niedorp, die de dieren in levende lijve aan
een eerste keuring onderwierp. Later op
de dag zou hij nog een keer terugkomen
om een tweede keuring, op het inmiddels
geslachte beest, uit te voeren en bij goed-
Tot op de dag van vandaag wordt bij sla
gerij Wever een groot deel van de handel
verkregen door zelf te slachten, dit on
danks alle veranderingen en regelgeving
door de overheid. In onze regio is Hans
Wever de enige slager die in eigen bedrijf
nog slacht. Het handhaven van strenge
wettelijke voorschriften en de forse inves
teringen die hiervan het gevolg zijn, ma
ken het slachten in eigen bedrijf minder
aantrekkelijk. Ook de opkomst van groot-
slachterijen werkt het verdwijnen van dit
ambachtelijke werk in de hand.
Varkens werden eerst grondig schoon
geboend en met kokend water overgoten.
Met een scherp hoorntje werd het dier
ontdaan van het overtollige haar, waarna
het kon worden verwerkt tot karbonades.
Koeien werden eerst gevild en ontdaan
van hun beschermende huid. Ook daar zat
handel in, want met de regelmaat van de
klok kwam huidenopkoper Boon uit
Hoorn langs om deze mee te nemen. Een
deel van het vet werd door slager Wever
zelf verwerkt en gesmolten. De daarbij
vrijkomende ‘könders’ of kaantjes waren
een lekkernij op de boterham. Zo nu en
dan zie je in slagerswinkels nog wel kón-
ders in de verkoop. Het overtollige vet
werd opgehaald door Vetsmelterij Keet,
die in Opmeer zijn verwerkingsbedrijf
had. Het bloed dat bij het slachten vrij-
keuring het vlees te voorzien van stem
pels.
Het kwam wel eens voor dat een koe wist
los te breken of op weg naar de slacht
plaats zich plotseling wist los te rukken en
op hol sloeg. Als het dier dan na veel spul
en moeite was gevangen en weer vast
gezet, kon het niet onmiddellijk worden
geslacht. Door de uitbraak en de alle
drukte rondom het vangen van het dier
was het beest in onbalans geraakt. Het
dier kon dan de volgende dag pas worden
geslacht. Hiermede werd voorkomen dat
het vlees ‘stroperig’ zou worden en een
minder aangename smaak zou krijgen.
niet alleen het keuren van het vee, maar
het was ook van groot belang een goede
inschatting te kunnen maken van het
gewicht van de koeien. Ze werden
immers gekocht en betaald per stuk, in
tegenstelling tot varkens waarvoor per
gewicht werd betaald. Als je een goede
inschatting kon maken naar het gewicht
van een koe, dan wist je als vakman ook
een redelijk goede berekening te maken
van de opbrengst van het beest, nietwaar.
Jan de Dood van het Oude-Niedorper
Verlaat, die als vertegenwoordiger bij de
L.T.B. werkzaam was en zich in hoofd
zaak bezighield met de veehouderijsector,
was een betrouwbare commissionair bij
de aankoop van slachtvee. Meerdere ke
ren ging hij met Jaap Wever op stap om
slachtvee bij een van zijn relaties te ko
pen. De afspraak hiervoor werd meestal
op zaterdag en telefonisch gemaakt. Het
kwam dan ook meerdere keren voor dat er
luidkeels naar vader Wever, die dan in de
slachtplaats was, werd geroepen: ‘De
Dood komt je vanmiddag om vier uur
ophalenVoor vrouw, kinderen en perso
neel was dit een gewone opmerking, maar
klanten schrokken daarvan en bleven met
de nodige vraagtekens zitten
Wij staan altijd voor U klaar
W
met -UITSLUITEND-
prima waar!
cn
40
Pt
M
is
H
to
nil
O
5
i-i
to
03
IS