Traktement zoeken te stijven. 15 de voor hen ook een stuk eigenbelang mee. Een te late oplevering kostte per dag immers vijf gulden. Een slechter scenario was ook niet ondenkbaar: stopzetten van de bouw, uitmondend in een faillissement. Gelukkig kon al snel worden vastgesteld dat Jan Over financieel zijn zaakjes goed op orde had, zodat het risico voor weduwe en borgen beperkt bleken. Naarstig werd gezocht naar een uitvoerder die orde op zaken kon stellen en de vereiste kunde en kennis in huis had de bouw van de school met onderwijzers woning binnen de gestelde tijd te realiseren. Een neef van Pieter Rutsen, die in Langedijk woonde, bleek een geschikte persoon. Hij moest echter eerst een werk in Zuid-Scharwoude opleveren vooreer hij naar Waarland kon komen. De bouw liep door deze droeve samenloop van omstandigheden wèl een vertraging op van twee maanden. Meester Smit besloot een brief te schrij ven naar het bestuur van de gemeente HaringcarspeL In augustus 1863 bezorgde hij de brief bij het college in het gemeen tehuis te Kerkbuurt. Burgemeester Francis las deze vervolgens voor tijdens de eerst volgende gemeenteraadsvergadering ‘Edelachtbare Heeren’, zo begon hij, ‘de ondergeteekende, hoofdonderwijzer te Waarland, neemt de vrijheid zich tot u te wenden, om zijn belangen voor te dragen. Vertrouwende dat u, hem dit niet ten kwade zult duiden, wenscht hij het volgen de mede te deelen. Weldra zal het nieuwe schoolhuis voltooid zijn, eensdeels stof tot blijdschap- anderdeels niet: om reden, dat dan de vergoeding voor gemis aan woning natuurlijker wijze vervalt, en grooten kos ten door hem zullen gedragen moeten worden. Waarland, E.A. Heeren, is geen oord, waar men als stil burger en in den stand waarin de ondergeteekende ge- gemeente. ‘Beste mensen hoor zo was de mening van de collega’s, 'maar altijd beknibbelen op ons salaris en de school- behoeften. Eenmaal weer op weg naar de Waarlandspolder dacht hij nog eens terug aan het gesprek met zijn twee collega’s en aan hun raadgevingen. Vooral de centen kwestie had Smit aan het denken gezet. Zijn collega’s hadden extra inkomsten uit nevenfuncties. Ze gaven aan enkele kin deren extra lessen. In Waarland zou hij dat niet hebben. De betaalde secretariaats- functies voor de polders waren allemaal bezet. Er was geen kerk, er waren geen verenigingen en dat maakte de kans op iets extra te verdienen schier onmogelijk. 28 December 1862 was hij met Trijntje Eco getrouwd en zij moesten zien rond te komen met nauwelijks 10. - per week. Alle inkopen voor het huishouden moest hij laten bezorgen van buiten de polder. Plaatselijke boeren zouden hen wel boter, kaas en eieren verkopen. Groenten en fruit zou hij, als zijn huis was opgeleverd, weldra uit eigen tuin kunnen halen. Venters en kooplieden zag je nauwelijks in de dunbevolkte polders. Na zijn huwe lijk had hij het nog even aangezien, maar zijn jonge vrouw klaagde regelmatig over de duurte van het leven in de Waarlands polder. Hoe verging het meester Smit in die perio de? Smit liep dagelijks in de vroege mor gen vanaf de boerderij van Ariën Kroon aan de Westkade naar zijn noodschooltje nabij de Waarlands molen. Vanaf die plek had hij het schoonste uitzicht op de plaats waar Jan Over was begonnen met de bouw van de school. Het kwam dan ook geregeld voor dat Smit, voordat hij weer naar zijn kostadres ging, even langs de bouwplaats liep en zich van de stand van zaken op de hoogte stelde. Natuurlijk was er ook een grote belangstelling voor de woning die voor zijn vrouw en hem werd gebouwd. De schoolkinderen liepen redelijk in het gareel. Het noodlokaal was klein, alle pogingen tot kwajongensstreken had Smit snel genoeg in de gaten. Hetzelfde gold voor de grootste raddraaiers. Een streng regime, soms een harde hand, was vol doende de jeugd onder de duim te houden. Het was hem opgevallen dat de kinderen van Waarland ook best wel leergierig waren. De samenwerking met de gemeen te verliep in zijn ogen echter moeizaam. Na zijn benoeming had hij kennis gemaakt met zijn collega’s te Kerkbuurt en Dirkshom. Naast de gebruikelijke plichtplegingen kwamen zij al spoedig te spreken over de samenwerking met de Maar altijd beknibbelen op ons salaris.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 1999 | | pagina 17