V
En zulks is wel te vreezen.
25
Kort daarna kreeg hij met zijn vrouw voor
de zoveelste keer een ernstig conflict.
Trijntje Bos werd over het algemeen in
het dorp niet geaccepteerd. Zij stond
bekend als een ’poestig woif’. Trijntje
wilde nu weg uit Waarland. Zij vond er
ook nog maar weinig geloofsgenoten.
Nee, zij wilde terug naar haar geboorte
grond Oude Niedorp. Na lang aandringen
zwichtte Ariën. De boerderij werd aan
hun oudste zoon Arie junior verkocht. In
1882 verhuisden zij naar Heerhugowaard
en kochten aan de Veenhuizermiddenweg
een boerderijtje. Dit was dichtbij het dorp
Veenhuizen, de plaats waar Trijntje in
1852 als lid van de Nederlands Hervorm
de Kerk was aangenomen en een jaar later
haar geloofsbelijdenis had gedaan. Ariën
hoopte dat met deze verhuizing de lieve
vrede in huis zou terugkeren. Ariën kon
maar moeilijk aarden in deze omgeving.
Op tweeënvijftigjarige leeftijd moest hij
weer een nieuwe start maken. Als welva
rend en gezeten hereboer moest hij zich
desondanks waarmaken in deze nieuwe
Met het overlijden van zijn vader kwamen
er voor onze hoofdpersoon grote verande
ringen in zijn leven. Op 16 oktober 1876
overleed vader Arie Kroon Czn, op de
voor die tijd hoge leeftijd van 83 jaar. De
erfenis moest onder de nabestaanden wor
den verdeeld. Naast geld, inboedel en
inventaris moest de familie vier stolp
boerderijen met ruim 55 hectare land ver
delen. Al deze bezittingen lagen in de
Waarlandspolder en de naastgelegen
Koog- Bleekmeer- en Speketerspolder.
Ariën en Trijntje kregen de ouderlijke
boerderij, een woonhuis, alsmede ruim
acht bunder wei- en bouwland, moestuin,
bos en rietland op hun naam. Een deel van
de erfenis werd verkocht en ook van deze
opbrengst ontving Ariën zijn deel.
Daarmee kon hij zijn leven als ‘hereboer’
voortzetten.
maal gebouwd. Na de feestelijke inge
bruikname volgde er een gezellig samen
zijn in café ’de Tortelduif’. Het hoogte
punt was de voordracht van Ariëns vers
onder de titel: 'Feestrede ter gelegenheid
van de ingebruikname van het stoomge
maal’.
Op 23 juni 1909 lukte het Jhr.Mr. Pieter
van Foreest, weliswaar na een herstem
ming, zijn zetel in de Tweede Kamer der
Staten-Generaal te behouden. Deze op
merkelijke gebeurtenis was voor de oude
Ariën Kroon weer eens een reden om zijn
omgeving. Tijd en inspiratie ontbraken
hem om zich te wijden aan het schrijven
van zijn geliefde verzen. In 1902, Ariën
was inmiddels 72 jaar, werd de boerderij
in Heerhugowaard verlaten en Ariën en
Trijntje verhuisden naar de Stationsweg te
Heiloo. In die omgeving kon Ariën wèl
aarden. Deze woning was versierd met
een fraaie makelaar waarop de zeer toe
passelijke naam ’Kroonenbosch’ stond.
Door een gelukkig toeval kwam hij
opnieuw in contact met de familie Van
Foreest. Bij Jhr. Mr. Pieter van Foreest
vond hij een willig oor voor zijn verzen,
tenslotte was Nicolaas Beets de oom en
schoonvader van Pieter van Foreest. Na
het schrijven van de Camera obscura was
ook Nicolaas Beets feitelijk alleen nog
maar schrijver van gelegenheidsverzen.
Ariën Kroon was op dezelfde wijze, maar
op zijn niveau, hiermee bezig.
Trijntje Bos en Ariën
Kroon voor hun woon
huis aan de Stations
weg te Heiloo. De gevel
is versierd met een
fraaie makelaar en met
de naam ’Kroonen-
bosch
j
^■1
■*1 -