V
v 'X-
Geen plaats voor de geiten en de
konijnen.
bewoners nu redelijk waren of onzin
leken: deze regels dienden te worden na
geleefd.
Korte tijd nadat ze in het huis waren
komen wonen, hing Trien maandags haar
schone was op aan de lijn, die tussen
betonnen palen was gespannen en aan de
andere kant van de rails stond opgesteld.
Toen ze dat enkele maandagen had
gedaan, ontving ze bericht van de spoor
wegdirectie dat op die plek geen was
mocht worden opgehangen. Met opgaaf
van reden dat de wapperende was de
machinisten teveel zou afleiden. Geen
nood dacht Trien, dan maar aan de zijkant
van het huis, evenwijdig aan het spoor,
maar ook die plaats vond geen genade in
de ogen van de directie. Uiteindelijk werd
de lijn geplaatst achter het huis, tegen de
regenbak aan, maar lekker droogde het
daar niet. Het gezin Zut was dol op dieren
en menigmaal kwam een van de kinderen
met een jonge kat of lief konijntje thuis.
Een plekje voor de beestjes was er altijd
wel te vinden. Als ze maar binnenshuis
aan om te verhuizen naar een andere
woning. De woning aan de Weelweg leek
hen wel wat en aldus vertrokken Chiel en
Trien met hun kinderen Jan en Fred in mei
1949 naar het spoorhuis. De vorige bewo
ners van dit huis waren Jan Zutt en zijn
vrouw Jans Groen. Op 5 mei 1937 kwam
dit pasgetrouwde stel daar te wonen. Hun
vijf kinderen zijn in dit spoorhuis gebo
ren.
De huur van het spoorhuis bedroeg toen
13,45 per maand maar een huurverho
ging was eerder regel dan uitzondering.
Zoveel beter dan hun vorige huis was
deze woning allerminst. De dakkapellen
waren zo lek als een mandje, alle potten
en pannen moesten er aan te pas komen
om het lekwater op te vangen. In 1951
werd bij de spoorwegdirectie een aan
vraag gedaan voor het vernieuwen van
een raamkozijn in de kelder. Tot vier keer
aan toe werd het oude raam opgelapt
voordat er uiteindelijk een nieuw raam
werd geplaatst. De wc beneden en het
slaapkamerraam boven werden ver
nieuwd. Maar de dakkapellen bleven lek
ken als een zeef. Na veel zeuren kwam er
in 1967 eindelijk een nieuw dak op het
huis. Trien herinnert zich die operatie aan
het dak nog als de dag van gisteren. Het
werkvolk zei tegen mij: ”De spoorwegdi
rectie is goed kwaad, zij staan op hun ach
terste poten.” ’’Pech gehad”, zei ik toen,
”den gaan ze maar met hun voorpoten aan
de loop.” Trien had handenvol werk aan
haar gezin dat inmiddels met de geboor
ten van Nel, Corrie, Tineke en Kees, was
uitgegroeid tot een druk zestal. In de
begintijd moest Trien erg wennen aan de
geluiden en trillingen die de passerende
treinen veroorzaakten. De kopjes op de
tafel en schilderijtjes aan de wand schud
den dusdanig dat het leek alsof een storm
van windkracht negen door het huis raas
de. Chiel, was in tegenstelling tot de ande
re spoorhuisbewoners, niet bij het spoor
werkzaam. Hij verdiende de kost voor
zijn gezin met de huisverkoop van manu
facturen voor Wim Dekker, Jo v.d. Gulik,
fa. Bolte in Schagen, en Jan Bos. Later
werkte hij in de wegenbouw.
De spoorwegdirectie vaardigde voor
schriften uit waaraan de bewoners van een
spoorhuis zich dienden te houden. Of
deze voorschriften in de ogen van de
L'. X-
I I
■p J
Ju
A -■
y
k'
XX
27
I
Topografische kaart uit
1952. De letters Wh
staan voor wachthuis. Bij
Wh 26 a stond het spoor
huis aan de Weelweg.
Een foto waarop het huis
staat afgebeeld is ner
gens te vinden.
fiHin) rt
V'
liiilewind
ii
J
/b,
'■i.
1 iV.» I
i
’.ft V.*»/
I li
'"■ra F
rerfohfor —fWl?
Y".