Lood secuur. Bijna vijftig jaar. iedereen zich verkeken. Een extraatje van één miljoen. en 79.800.-, als hoogste inschrijver uit de bus. Op 9 oktober 1935 besloot Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, dat het werk onder nummer 218 en met besteknummer 16 van de aanleg West- friese kanalen, werd gegund aan J.P. Koopen. Het gemeentebestuur van Harenkarspel had in het begin van de jaren tachtig bij Gedeputeerde Staten van Noord-Holland aan de bel getrokken voor een nieuwe Waarlandsbrug. Het heeft heel wat voeten in de aarde gehad alvorens het idee van de gemeente in Haarlem bespreekbaar werd gemaakt. Toen de plannen door Provin ciale Waterstaat van Noord-Holland waren uitgewerkt en op papier stonden, was het nog lang niet zeker of de brug er breed genoeg. Het meeste verkeer ging lopend of per fiets over de brug. Kwam er gelijktijdig een auto vanaf de provinciale weg en een auto vanuit Waarland aanrij den, dan moest het binnenkomende ver keer wachten totdat het andere voertuig het dorp uitreed. Een deel van de jeugd van Waarland, die we tegenwoordig met een modem woord als ’hangjeugd’ willen typeren, zocht dikwijls vertier en vermaak bij de brug. Als het tijdens de zomer warm was, dan was de dikke betonnen brugleuning een goede springplank om in het kanaal te kunnen duiken. Kwam je als buitenpoorter per fiets Waarland binnen rijden, dan kon je door een groepje balda dige jeugd worden aangehouden die je dan vroeg: ’Wie ben je en wat kom je hier doen?’ Was het antwoord naar de zin van deze jongeren, dan mocht je Waarland in. Zo niet, dan werd je gesommeerd een andere weg te kiezen en moest je omrijden via het Verlaat en de Weelbrug. De op- en afritten van deze brug waren van klinkerstenen en dat zorgde tijdens hevige sneeuwval of ijzel nogal eens voor de nodige problemen. Een enkele keer raakte een paard en wagen of een auto van het talud af en kwam het scheef aan de kant te staan. Toen het beheer en onder houd van wegen door de gemeente Harenkarspel werd overgenomen en aan de gladheidsbestrijding in Waarland een grotere prioriteit werd toegekend, ver dwenen de problemen van de glibberige en gladde op- en afritten. Bijna vijftig jaar lang zorgde het bouwwerk van Koopen voor een solide oeververbinding. Mede door de toename van het gemotoriseerde verkeer werd de betonnen brug steeds meer een opstakel en diende ze te worden gesloopt om plaats te maken voor een bre dere brug. Qua constructie had deze brug nog wel een periode van zo’n vijftig jaar mee gekund. Het bouwwerk van Aan nemingsbedrijf Koopen. Op de sloop in 1985 had Deze betonnen brug, met een rijbaan- breedte van 3.20 meter, was voor die tijd Uit het ontwerp werkplan ’Bouw Waarlandsbrug’ blijkt dat de bouw op 21 oktober 1935 een aanvang zou nemen en dat het werk eind maart 1936 klaar zou moeten zijn. Aannemingsbedrijf Koopen bestelde bij de fabriek van Krupp A.G. te Reinhausen in Duitsland een stalen damwand. Deze wand werd van curpisetstaal gemaakt en per spoor naar Amsterdam vervoerd. Vandaar werd het per schip naar de plaats van bestemming gebracht. Provinciale Waterstaat Noord-Holland was belast met het houden van toezicht op de uitvoering van de bouw van de brug. Dat werk ver richtte zij zeer zorgvuldig. Uit een verre- kenpost blijkt dat het damwandijzer niet is gezandstraald, waardoor er een bedrag van 467,75 in mindering werd gebracht. Op 2 januari 1936 kreeg J.P. Koopen van Provinciale Waterstaat een schrijven waarin vermeld staat dat een paal van de hulpconstructie 11 mm was gezakt bij een belasting van 6.500 kilo. Koopen wordt in deze brief verzocht er een paal bij te slaan. Er werd zeer nauw gekeken en lood secuur gemeten. 24

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 1996 | | pagina 26