VAST PANDOER.
Met de vrouwen erbij.
Pandoeren.
Nog steeds.
Van links naar rechts:
Sijbout Groot,
Breggie Stam-Groot,
Klaas Volkers,
Bets Volkers-Dekker,
Gert Dekker,
Alle Dekker-Bakker.
Op de voorste rij,
Nico Zutt,
Marie van Duin-Groen,
Dirk van Duin,
Vier van de vijf spelers zijn overleden.
Gert Dekker is als enige overgebleven.
Met Simon Stam een schoonzoon van
Sijbout Groot, Nico Zutt de chauffeur en
reisleider van weleer, en Jan Bruin de
vroegere Centra-kruidenier, legt Gert
Dekker nog wekelijks een kaartje.
Daarmee zetten zij de kaartclub van
Sijbout Groot voort. Aan inzet en gezel
ligheid heeft de club niet ingeboet. Het
uitje met de kaartclub is er nog steeds, al
wordt er zo nu en dan een jaartje overge
slagen.
Heerhugowaard, 13 april 1996
Arnold Lantman.
Bij veel kaartclubjes is het een goede
gewoonte om aan het einde van een
kaartseizoen een dagje uit te gaan.
Voor sommigen is het jaarlijkse uitje
belangrijker dan het wekelijkse kaart-
avondje. Ook vroeger waren er clubjes
die de kaartpot leegden en de inhoud
gebruikten om de bloemetjes eens flink
buiten te zetten. In ons archief vonden
wij een foto van de kaartclub van
Sijbout Groot.
Het wekelijkse kaartavondje vond om
beurten bij een van de vijf spelers plaats,
waarbij de vrouw des huizes de mannen
van een hapje en een drankje voorzag.
Aan het einde van het seizoen kwamen de
vrouwen een avondje mee om het uitje te
bespreken. Als de inhoud van de kaartpot
niet voldoende was, werd er bijgelegd en
kwam het jaarlijkse uitje toch in het ver
schiet. Het groepje van Sijbout Groot
hield wel van een verzetje. Soms ging ’t
mee met het uitje van de plaatselijke krui
denier. Ook werd er wel bij een touring-
carbedrijf in de omgeving een trip ge
boekt. Later werd Nico Zutt gevraagd om
de kaartclub met een bus te rijden. In 1966
zette Nico koers naar Edam, Volendam en
Marken. Natuurlijk werd er bij Spaander
gegeten en later die dag moest het hele
gezelschap, in Volendammer kostuum, op
de foto. De oude Sijbout Groot, toen ruim
tachtig jaar, had het daarbij zo druk dat hij
vergat zijn schoenen voor klompen te ver
ruilen. Maar de pret was er niet minder
om.
Eind jaren ’50 vroeg Sijbout Groot, die
toen met zijn vrouw in het huis aan de
Kerkstraat 28 woonde, enkele buren of zij
zin hadden om eens in de week een
avondje te pandoeren. Een kaartspel dat in
die tijd door veel mensen werd gespeeld.
Gert Dekker, Dirk van Duin en Klaas
Volkers hadden er wel oren naar. Menige
winteravond werd er geschud en gescho
ven. Er werd fanatiek gespeeld, maar de
gezelligheid voerde toch altijd de boven
toon. Later werd het clubje uitgebreid met
buurman Frans Danenberg. Een vijfde
man werd niet als hinderlijk ervaren,
ondanks het feit dat de meeste kaartspel
len met vier personen worden gespeeld.
Een ’stilzitter’, zo wordt de vijfde man
genoemd, had ook zijn voordelen. Als er
een van de vijf verhinderd was, kon er
toch gespeeld worden. Met pandoeren
speelt ieder voor zich, zonder een vaste
maat. Waren er twee uitvallers, dan speel-
Urs Danenberg-Hoogland den de overige drie ’hoogjassen’, maar
en Frans Danenberg. gekaart werd er.
38