WEELBRUG WORDT HERBOUWD. Op weg naar de brug. m Pentekening van Willem Weenink. Dankzij veel inzet en doorzettingsver mogen is het de voorstanders gelukt de Weelbrug in Waarland te behouden. Er was veel voor nodig om de gemeente Niedorp, eigenaresse van deze brug, te overtuigen van de noodzaak deze op haalbrug in stand te houden. Land schappelijk gezien is deze basculebrug van grote waarde en ze is in onze omge ving enig in haar soort. Door de ruilverkavelingen in de vele polders in onze omgeving en door de hoge kosten die het onderhoud aan dit type brug met zich meebracht, zijn veel van deze bijzondere ophaalbruggen gesloopt en door betonnen bruggen ver vangen. Niet alleen voor de vracht- scheepvaart, maar ook voor de plezier boten zijn beweegbare bruggen van groot belang. De oude Weelbrug is ge sloopt en met veel vakmanschap wordt er hard gewerkt aan de bouw van een nieuwe Weelbrug. Nog voor het einde van dit jaar zal deze ophaalbrug in gebruik kunnen worden genomen. De brug in de ban van Haren karspel. de, Oudkarspel, Oudorp, Sint Pancras, Warmenhuizen en Zuid-Scharwoude. Later kwamen de bannen Eenigenburg en Sint Maarten daar nog bij. De werkzaam heden van deze bannen bestonden in hoofdzaak uit het onderhoud van wegen en bruggen in deze wegen. Daarmee namen de bannen dit werk feitelijk uit handen van de polderbestuurders. De Banne Harenkarspel omvatte het gebied van de voormalige gemeente Harenkar spel met enkele percelen in de vroegere gemeenten Oude Niedorp, Sint Maarten en Warmenhuizen. Waarland was één van de vele polders in de gemeente Harenkarspel en was ruim 350 hectare groot. Tegen het midden van de vorige eeuw stonden er zo’n zestien woonhuizen en veertien boerderijen. De meeste waren gebouwd langs de ringsloot. De polder was slecht toegankelijk. Het meeste verkeer ging over het water. Via kleiwegen en smalle landpaadjes kon men de bewoners bereiken. Wilde men de pol der in of uit, dan kon men gebruik maken van een drietal verspreid liggende ’over zetveren’ of kleine schuiten. Met paard en wagen reed men via de Slootgaardpolder naar Zijdewind en verder. In het gebied van het Geestmerambacht werden in 1853 negen polderdistricten opgericht. De gebieden van deze distric ten kwamen in grote lijnen overeen met de gebieden van de betreffende bannen of dorpen en werden later ook zo genoemd. Deze bannen waren: Broek op Langedijk, Harenkarspel, Koedijk, Noord-Scharwou- In 1861 liet de Banne Harenkarspel de belangrijkste doorgaande wegen binnen haar gebied bestraten, maar de polder Waarland was in dit plan niet opgenomen. Voor de Waarlanders bleef het dus behel pen. Verzoeken van de polderbewoners om verbetering in de situatie te krijgen werden niet gehonoreerd. Wel werd er in Waarland elk jaar een luttel bedrag beschikbaar gesteld voor onderhoud aan het bestaande rijpad of voor uitbreiding van paden. Dit bedrag varieerde van ƒ50,- tot 100,-. De mensen in de Waarlandspolder pikten de halsstarrige houding van het bannebe- stuur niet langer en vroegen in het voor jaar van 1880 Gedeputeerde Staten van Noord-Holland om hulp. In het verzoek schrift werd naar voren gebracht dat de polder Waarland dicht bevolkt was en dat de bijna 150 leerlingen uit Waarland en de omringende polders met moeite de Openbare Lagere School, die in het mid den van de polder stond, konden bereiken. In natte jaargetijden was het voor de kin- tXlll. WW 7>e weet-B/euc; WAAKifyHO Nav'.gz

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 1995 | | pagina 12