-
Samenvoeging.
Bleekmeerpolder onder water.
De film.
Aan de duiker, die in 1834 was gelegd,
had nooit enig onderhoud plaatsgevon
den. Op veel plaatsen was het hout verrot.
Enkele vitale delen begaven het, waar
door er op maandag 21 augustus 1921 een
ramp gebeurde. Tijdens een rustige
zomeravond liep de polder vol water en
ontstond er voor landeigenaren en gebrui
kers van deze gronden een nare catastrofe.
De molenaar-machinist van de Koog- en
Bleekmeerpolder was een dagje te kermis
in Oudkarspel geweest en kletste met zijn
vrouw nog wat na over deze dag. Hij
moest zijn konijnen en geiten nog verzor
gen en zou dan te bed gaan, tenslotte
wachtte er voor hem weer een drukke dag.
Hij lag nog maar nauwelijks in bed toen
hij een voor hem bekend geluid hoorde.
Het geluid van stromend water. Maar
tegelijkertijd realiseerde hij zich dat dit
niet kon op deze zwoele zomeravond. Rap
schoot hij in de kleren en rende naar bui
ten. Tot zijn stomme verbazing zag hij dat
het water met grote kracht de Bleekmeer
polder instroomde op de plaats, waar de
duiker de verbinding vormde tussen de
Koog- en Bleekmeerpolder. Zijn eerste
reactie was onmiddellijk de duiker afslui-
Over de eerste twee honderd jaar van deze
polder weten we bijzonder weinig. Er is
geen oud archiefmateriaal voorhanden.
Wel is bekend dat de polder tot 1834 een
eigen bemaling had. De molen van de
Bleekmeer stond toen in de zuidoost
hoek. (Nu: het einde van de Nieuwe
Polderweg.) Vanaf dat jaar werd de
Bleekmeer- en de Koogpolder tezamen
door één molen bemalen. De Koogpolder
bestond uit oud land en was door een kade
omgeven. Het water van de beide polders
stond door middel van een houten grond-
duiker, die onder het water van de ring-
sloot lag, met elkaar in verbinding. Later
kwam er in de Bleekmeerpolder een
stoomgemaal en kon men, ook als er
onvoldoende wind was, het overtollige
water uit de polder op het water van de
Raakmaatsboezem uitslaan. Tot 1834 had
de Bleekmeerpolder een eigen bestuur.
Daarna kwamen de Koog- en Bleek
meerpolder onder één bestuur.
Een amateur-cineast maakte van de over
stroomde polder en het herstelwerk een
film met een lengte van vijftien minuten.
Tijdens de tweede kermis van Oudkarpel,
die van Luizeknip, werd deze film door
Jan de Bakker, de exploitant van de
Centraal Bioscoop te Noord-Scharwoude,
vertoond. Een deel van de entreegelden
werd door hem ter beschikking gesteld
aan de gedupeerde tuinders. De film is
bewaard gebleven en enige jaren geleden
is een deel ervan in een televisieprogram
ma van de Tros getoond. De commentator
vroeg toen: ’’Stroomde er dan bleekwater
in deze polder?” Uit de ingediende lijst
met schadeclaims werd duidelijk dat er
door de tuinders voor f. 60.674,50 aan
schade was. Door de Commissie ter leni
ging van Rampen door Watersnood te
Amsterdam werd slechts een bedrag van
f. 14.764,- uitgekeerd. De kosten van her
stel van de dijk en de aanschaf van een
nieuwe duiker kwamen voor rekening van
de polder. De polderlasten gingen voor
een reeks van jaren flink omhoog.
ten aan de Koogpolderkant, waardoor
deze polder voor een ramp werd gespaard.
Vervolgens sloeg hij alarm in kermisvie-
rend Oudkarspel. Hij wist er enkele pol
derbestuurders te bereiken. De volgende
ochtend - bij daglicht - werd de omvang
van de ramp pas goed zichtbaar. Het gat in
de kade van de Bleekmeerpolder had een
lengte van bijna vijftien meter en was vijf
meter diep. In de overstroomde polder
stond het water op sommige plaatsen
meer dan één meter hoog. Met een schuit
je kon men de polder rondvaren zonder de
akkers te raken. Het peil van de Raak
maatsboezem was bijna een halve meter
gezakt.
De ondergelopen polder
in beeld.
een grote plas, het Diepe Gat, kruispunt
van vaarwegen bij de Bleekmeer- en
Speketerspolder en de Woudmeer.
5