BIJ ONS GEBEURDE TOCH NIKS
De Grebbelinie.
Als een dief in de nacht.
10 mei 1940. 3.45 uur. X-Zeit, het door
Hitler bepaalde tijdstip van de aanval. Hij
was al eerder van plan geweest de aanval
in het Westen in te zetten. Alleen de
weersomstandigheden hadden voor enig
uitstel gezorgd. Op deze stralende morgen
overviel hij ons land, als een dief in de
nacht. In de nacht van 9 op 10 mei hoor
den de mensen het geluid van een groot
aantal vliegtuigen. De algemene gedachte
was dat het Duitse vliegtuigen waren op
weg naar Engeland. Halverwege de
Noordzee keerden de bommenwerpers
echter om en vielen onverhoeds het vlieg
veld Bergen aan. Op dit vliegveld stond
de helft van alle moderne jachtvliegtuigen
van de Nederlandse luchtmacht. Slechts
één jager wist te ontkomen. In die vroege
ochtend schrok Waarland wakker. De hui
zen trilden en de ramen rammelden door
het bombardement op Bergen. Vanuit
Waarland kon men in de verte zwarte
rookkolommen zien van de brandende
vliegtuigen en hangars. Mensen kwamen
op straat met de bange vraag: ”Zou het
Nazi-Duitsland viel samen met Rusland
op 31 augustus 1939 Polen binnen.
Engeland en Frankrijk verklaarden hierop
de agressor de oorlog. De Tweede
Wereldoorlog werd op 1 september 1939
een feit. Het strikt neutrale Nederland
kondigde de mobilisatie af. Alle soldaten
moesten met spoed opkomen. Jan Stoop
Gz. moest zich op 31 augustus 1939 mel
den in Den Helder. Dat was zijn opkomst-
plaats voor de zogenaamde vóór-mobili-
satie. Hij had er zwaar de pé over in. Hij
was net vier weken getrouwd met Agie
Droog. Ze hadden een mooi huis betrok
ken aan de Kerkweg D 18b en hoopten
met elkaar een goede toekomst tegemoet
te gaan. Samen met zijn broer Jacob had
hij een, voor Waarlandse begrippen, groot
tuindersbedrijf van negen hectare. En dan
word je vier weken na je trouwen gemo
biliseerd. Het was in de vorige oorlog
voor Nederland ook met een sisser afge
lopen, dat zou ook nu wel zo gaan.
Nederland was immers neutraal. Na
opkomst in Den Helder moest hij met zijn
compagnie vertrekken naar Scherpenzeel,
een dorpje in de buurt van Amersfoort. De
Wanneer je met mensen uit Waarland
spreekt over de Tweede Wereldoorlog,
dan krijg je bijna altijd te horen: ”Ach,
er gebeurde hier toch zowat niks. We
hadden te eten. Er is bij ons niet
gevochten, er is niks vernield. We had
den niet zo gek veel last van de mof
fen”. Ongetwijfeld zijn deze woorden
waar. In vergelijking met andere plaat
sen in ons land is hier weinig gebeurd.
Er is in Waarland geen echte honger
geleden. Er hebben geen veldslagen
plaatsgevonden. Er is in ons dorp door
oorlogsgeweld niets vernield. Toch zijn
die vijf oorlogsjaren bepaald niet onge
merkt voorbijgegaan. Ook in ons dorp
heeft die oorlog bij sommige families
diepe wonden geslagen. De generatie,
die de oorlogsjaren bewust heeft
beleefd, heeft die tijd heel intens
geleefd, heeft de spanning van die tijd
gekend, de angst van razzia’s, het brute
geweld, diefstal, hongertochten, de
angst voor het water. Ieder heeft zo zijn
eigen verhaal en herinneringen aan die
vijf jaren. Gebeurde er niks in
Waarland?
groep bestond voornamelijk uit
Noordhollanders en stond onder leiding
van luitenant Willem Appel (notaris ter
standplaats Obdam). De mobilisatieperio
de duurde lang en was voor de manschap
pen vooral een tijd van verveling. Jan
Stoop kon in verhouding veel gebruik
maken van landbouwverlof. Ook wist hij
zich een paar keer ziek te melden en zo
zijn verlof met een paar dagen te verlen
gen. De infanterie, waartoe Jan Stoop
behoorde, moest zich richten op de verde
diging van de Vesting Holland. De vijand
zou, als het al tot oorlog kwam, uit het
oosten komen. Ja, daar was men wel van
overtuigd. Polen werd in enkele weken
onder de voet gelopen. Aan het westelijk
front bleef de oorlog beperkt tot enkele
schermutselingen. Soms moest de
Nederlandse luchtmacht overvliegende
Duitse of Engelse toestellen uit het lucht
ruim verdrijven. Nederland wilde de neu
traliteit strikt handhaven. Plotseling ech
ter liep de spanning weer hoog op. Duits
land overviel het vredelievende Denemar
ken en Noorwegen. Nederland hield de
adem in. Duitsland, zo bleek opnieuw,
kon je niet vertrouwen. Maar ach, het zou
ook nu wel weer overwaaien.
38