Liefderijk opgenomen Mijn zus is weer thuis I sen zullen het evengoed wel aan de weet komen”. “Ja, nou nog een groote mond ook zeker”, zegt hij. Nu al heel gauw kwam Vader en Moeder weer thuis. ”Wat ben je toch ongehoor zaam geweest”, zegt Vader. Maar hij had ons ook nooit de sleutel moeten geven, maar daar denk je later aan. Een paar dagen later was Grootvader dood en mochten wij ook mee naar de begrafenis bijwonen. Dat vonden wij fijn want, dat was voor ons een hele reis naar Andijk. Er was ook nog een oude man op de begrafenis, dat was een tweelingbroer van mijn Grootvader. Hij was al 80 jaar en kwam vanuit Medemblik nog lopende naar Andijk. Wij waren bij Petker en Marij Paai te logeren, want bij Grootvader was geen plaats. Peet Afie was toen alleen over, dat was een beetje een achterlijke vrouw. zeker ook niks van. Het kindje begon te huilen en de beddeuren waren dicht. Hij zei: ”Wat is dat nou?” Ik zei: ”Jóón, we hebben een kindje gekregen, weet je dat nog niet?”Maar Piet, mijn broer, schudde zoo opzij met z'n hoofd en zei: ”Je maakt mij wat wijs”. Ik zei: ’’Eerlijk hoor, ’k zal het wel even van bed afpakken”. Nu hij wist niet wat hij zag en ik liet het zoo blij aan hem zien, of het van mijn eigen was. Later zal Moeder het wel tegen hem ver teld hebben hoe de steel in de vork zat. Toen we weer naar huis gingen was mijn zus onderhand thuisgekomen uit Leiden en ze zat met haar kindje op schoot. Wat was ik blij dat we nu ook eens een kindje hadden. Moeder had een hele uitzet baby kleertjes gekregen van Marij Paai (dat was een tantezegger van Moeder, dus een nicht van mij). Daar was ze natuurlijk ont zettend blij mee, want ze had helemaal geen kleertjes voor dat kindje. Een wiegje was er ook niet, dus moest het maar in een bed slapen. Ik weet het nog zoo goed. Op een keer kwam mijn broer Piet thuis uit Zaandam, die was 19 jaar en wist hier Ja, Vader en Moeder hebben haar liefde rijk opgenomen en ze werd beschouwd als een eigen zusje van ons. Ze heette C..., ik begrijp niet dat mijn zuster haar die naam heeft gegeven, dat was eigenlijk de naam van haar eigenlijke Vader. Die heet te Klaas K. En vroeger was het zoo, dat de kinderen altijd naar de Opa’s en Oma’s vernoemd werden. Wij waren dat ook, maar we noemden haar altijd Zus. Maar op een keer zei ze: ’’Waar ben ik eigelijk naar vernoemd? ’t Is of ik zoomaar uit de lucht gevallen ben”. Ze was toen zestien jaar en toen heeft Vader het haar maar ver teld. Dat was wel een zwaar werk, ze heeft toen erg gehuild, maar ’t moest toch eenmaal gezegd worden. Later ging ze toch erg veel van haar eigen Moeder ook houden. Toen mijn zuster later getrouwd is, is Zus evengoed bij ons gebleven, want we wilden haar niet meer missen. Ze was toen drie jaar. Foto van de Waarddijk met de oude Hogebrug en het sluisje links. Met paard en wagen naar Andijk. Een hele reis. 4

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Toendertoid: Stichting Waarland van toen | 1993 | | pagina 6