I
^pro Petri ^ede
Terug in Nederland
2 oktober 1870
KERKELIJKE STAAT
30 oktober 1870:
3
17
U(7 de Alkmaarsche Courant:
1929 werd deze kwestie bij het verdrag
van Lateranen opgelost. Ongeveer 200
Nederlandse Zouaven vonden de dood op
het slagveld of bezweken aan een besmet
telijke ziekte.
De Nederlandse vrijwilligers, die zonder
toestemming van de koning in vreemde
krijgsdienst geweest waren, verloren de
Nederlandse nationaliteit.
Willem III en ook koningin Emma hebben
vele verzoeken van oud-Zouaven, om het
staatsburgerschap terug te krijgen, inge
willigd.
Er volgden drie betrekkelijk rustige jaren.
Maar toen in 1870 de Franse troepen als
gevolg van de oorlog tegen de Pruisen uit
de Kerkelijke Staat werden teruggeroe
pen, werd het duidelijk dat de dagen van
de Kerkelijke Staat waren geteld. De Paus
moest zijn Kerkelijke Staat opgeven en de
vijandelijkheden werden gestaakt. Dit tot
grote teleurstelling van de Zouaven.
Op 21 september 1870 brachten ze op het
Sint-Pietersplein de laatste groet aan Pius
IX. De Zouaven keerden naar hun ’’vader
land” terug. De Paus werd de ’’gevangene
van het Vaticaan”, omdat het aanbod van
de Italiaanse regering om de rechten en
het inkomen van de Paus bij wet te rege
len van de hand gewezen werd. Pas in
Den 21 hebben de pauselijke troepen hun
wapens overgegeven en zijn de vreemde
lingen daaronder naar Civita-Vecchia
gezonden om te kunnen repatriëren, ter
wijl de inboorlingen in de depots gehou
den worden.
Op 4 november volgde de bestorming van
Mentana. Aan deze strijd heeft ook Jacob
Keet deelgenomen en eveneens wonnen
hier de pauselijke troepen met grote over
macht. Over de grootte van de verliezen
gaven beide zijden zeer uiteenlopende cij
fers. Een bron uit Rome vermeldde:
’’Slechts 36 doden aan pauselijke zijde en
aan de zijde van Garibaldi 1000 doden”.
Rome was weer veilig. Het is jammer, dat
het Vaticaan deze overwinning niet
gebruikt heeft om met koning Victor
Emmanuel van Sardinië tot een accoord te
komen over de stichting van een sou-
vereine Staat.
De Zwitser Papa Allet en de Fransman
Athanase Charette waren vanaf 1861 de
opperbevelhebbers van de pauselijke
legers. De eerste jaren bleef het betrekke
lijk rustig. Hier en daar werden wat plaag
stootjes uitgedeeld. Op 22 oktober 1867
kwam het tot een treffen tussen 86
Zouaven en 1200 Garibaldisten. Het werd
een kort maar hevig gevecht, waarbij het
pauselijk leger uiteindelijk buiten ver
wachting als overwinnaar uit de bus
kwam. Er vielen 16 doden bij de Zouaven
en 61 bij de Roodhemden.
Tijdens dit gevecht stierf Pieter Jong uit
Lutjebroek, een boom van een kerel. Toen
hij zag dat zijn commandant, bijgenaamd
”De Engelbewaarder”, door de
Roodhemden in het nauw werd gebracht,
sprong hij tussen de strijdenden en sloeg
met zijn kolf 14 Garibaldisten neer.
Daarna zakte ”De Reus van Lutjebroek”
uitgeput op de grond en werd deze held
haftige Westfries vervolgens doodgesto
ken.
KERKELIJKE ZAKEN. De bisschap van
Haarlem heeft een herderlijke brief aan
de geestelijkheid en de geloovigen van
zijn bisdom gericht, waarbij, naar aanlei
ding van den gebeurtenissen in Rome
oefeningen worden voorgeschreven, met
het doel om van God het verkorten van de
beproeving en de zegepraal der Kerk
aftesmeken.