Gerard Smit Z Dan wordt Jan zelf opgeroepen voor de dienst plicht. ‘Nooit meer oorlog’ klonk het na de oorlog. En de oorlog was nog niet afgelopen, of Nederland stuurt zelf soldaten naar Indonesië. Om te laten zien dat zij het daar als koloniale macht voor het zeggen heeft; om tegen een volk te strijden dat zich net zo hard verzet tegen hun onderdrukkers als de Nederlanders dat tegen de Duitsers hadden gedaan. Waanzin vindt Jan Bredewout. Zijn vader denkt er net zo over. ‘Verzet. Verzet? Waar hebben we het allemaal voor gedaan?’ Over ‘het verzet’ wordt vanaf dan ook niet meer gesproken in huize Bredewout. De driekleur wappert nooit meer op het dak. Jan is totaal van streek als hij ziet hoe zijn vader zijn woede de vrije loop laat. Hij heeft altijd gezegd dat je mensen niet als vijand, maar als mens moet zien. En nu dit. Wat is er met hem gebeurd? Verzet moest menselijk blijven vond Herman Bredewout. Eerst luisteren, dan pas in verzet komen, was zijn devies. Dat had hij ook in de Alkmaarse gevangenis gedaan. Ook voor Herman Bredewout ziet de wereld er anders uit na de oorlog. Een landbouwkundig ingenieur uit Wageningen is in Schoorl aangesteld om orde op zaken stellen in de duinen. Het moet allemaal anders dan voorheen. Herman kan zich niet vinden in de nieuwe koers en weigert mee te werken. Bij de gemeente hebben ze daar begrip voor, en ze bieden Herman een andere functie aan. Zijn verzet tegen de nieuwe boswachter is daarmee niet te einde. Het is heftiger dan zijn verzet in de oorlog, volgens zoon Jan. ‘Ik heb nog steeds moeite met het woord ‘verzet’ zegt hij nu. ‘Mijn vader was geen verzetsman. Hij wilde zich niet zonder meer tegen de Duitsers keren. Als het moest, dan moest het, maar het moest geen ongecontroleerde vorm van aanvallen worden.’ van stelen, en dus ook een pakje sigaretten van pakken. Niet dus. Hij beseft dat de wereld is veranderd. Het komt als een schok. Bronnen Dit verhaal is gebaseerd op telefoongesprekken met Jan Bredewout. Verder is gebruik gemaakt van het verhaal ‘Herman Bredewout dankt zijn leven aan bezetter’, In: Schoorlse Mensen van Jouke Minkema. Pirola, 1987. Gegevens over de slag om Den Haag en de Texelse opstand van de Georgiërs zijn ontleend aan Wikipedia lemma’s over deze onderwerpen. Net als zo’n tweeduizend andere Nederlandse jongemannen dat doen in die tijd doet Jan een beroep op de dienstweigeringswet. Na zijn vervangende dienstplicht komt hij als dienstweigeraar moeilijk aan de slag. Hij besluit naar Oslo te liften om daar werk te zoeken. Vlak voor zijn vertrek spreekt hij in Den Haag, waar hij dan woont, een Duitse dienstweigeraar die Jan aanraadt eerst maar eens in het Ruhrgebied te kijken. Jan vindt emplooi in Dortmund en twee jaar later in Düsseldorf, waar hij sindsdien woont. Groter nog is de schok als Jan na de oorlog samen met zijn vader en een Nederlandse politieman naar een huis in de Gerbrandtslaan rijdt, waarvan bekend is dat er een NSB-er woont. Als de bewoner naar buiten komt, rent Herman Bredewout op hem af en begint te schelden. Hij besmeurt de man met modder en trekt hem aan zijn haren. 96 Herman Bredewout coll. Ada Bredewout) O I

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Scoronlo: uitgave van de cultuurhistorische vereniging Scoronlo | 2020 | | pagina 96