Teunis Brouwer (1850-1927), een vergeten redder
'Wakkre jongens, Hollands trots' zo begint het
lied 'De Reddingboot' van Jan Pieter Heije.
Heije was arts en hoofdbestuurslid van de Maat
schappij tot Nut van 't Algemeen. In de periode
1840-1870 schreefhij vele kinderliederen als
'Zie de maan schijn door de bomen', 'Zeven
kikkertjes in een boerensloot' en 'Piet Hein'. Het
doel was door samenzang op school de jeugd aan
te zetten tot goed en vaderlandslievend gedrag.
Zijn liederen verschenen in de liedbundel 'Kun
je nog zingen, zing dan mee.' De liedbundel was
populair tot in de jaren 1970.
Het lied 'De Reddingboot' ging over redders,
de mannen aan de kust die zich met gevaar van
eigen leven inzetten om hun medemens van
een verdrinkingsdood te redden. Schoorl was
vroeger een agrarische gemeente waarvan de in
woners, gescheiden door de duinen, met de rug
naar de zee leefden. Het verraste me dan ook
toen ik bij mijn historische onderzoek naar het
reddingwezen ontdekte dat in de uiterste punt
van Schoorl, in Camperduin, ook een redder
woonde. Teunis Brouwer was zijn naam. Over
hem was bijna niets bekend. Wie was die man?
Ik ging me in hem verdiepen en langzamerhand
ontrafelde zijn leven zich. Hij was geboren en
getogen in Petten en verhuisde op middelbare
leeftijd naar een huisje in de duinen van Camp,
vlakbij de zeereep. Het bleek dat behalve
heldendaden ook armoede en persoonlijke
tegenslagen zijn leven tekenden. Het toont de
keerzijde van een held. Zijn bestaan was hard,
minder romantisch of ideaal dan de schoolkin
deren bij het zingen van 'De Reddingboot' zich
zullen hebben voorgesteld.
In dit artikel gaan we ons eerst verdiepen in het
Petten waar Teunis Brouwer opgroeide. Het
dorp leed onder de schurende werking van de
zee. Dat wordt aan de hand van drie kaarten
toegelicht. Vervolgens bekijken we hoe Petten
werd bestuurd en hoe haar inwoners de kost ver
dienden. We zullen daarbij zien dat Petten in de
eerste helft van de negentiende eeuw te maken
kreeg met een economische neergang. De dijk
werd de belangrijkste inkomensbron voor de be
woners. Een volgende onderwerp zijn strandin
gen van schepen bij Petten. Dat waren opwin-
dende gebeurtenissen. De Pettemers waren daar
op verschillende wijze bij betrokken: als redder,
berger ofjutter. Hierna komt de familie Brouwer
ter sprake, met Teunis in de hoofdrol. We gaan
wat dieper in op een scheepsramp bij Callants-
oog in 1882 en een schipbreuk bij Camperduin
in 1887. Bij deze gebeurtenissen onderscheidde
Teunis zich door een heldhaftig optreden. Dit
artikel eindigt in Camperduin waar hij zich in
1906 vestigde en waar hij tot op hoge leeftijd als
strandwacht actief bleef.
Oprukkende zee
Een eerste ramp die Petten trofwas de Sint Eli-
zabeth-vloed van 1421. Het zal bekend zijn dat
daarbij de kerk in zee stortte wat veel kerkgan
gers het leven kostte en dat de stormvloed een
kistje met relikwieën voortjoeg langs Schoorl tot
aan het hoger gelegen Zanegeest. Het Petten dat
Hondsbossch heette verdween in zee. Het Pet
ten bij de Zijpe kwam er beter vanaf, maar in de
eeuwen erna werden ook hier de huizen geregeld
afgebroken en landinwaarts weer opgebouwd.
Op de kaart van Zoutman uit 1665 is te zien dat
de kerk inmiddels alweer dichtbij zee ligt.
In De Hase Polder verschenen ook huizen.
Die lagen veiliger. Het groepje huizen kreeg de
naam Nieuw Petten. De polder was omsloten
door de Schoorlse Zeedijk (links en boven),
de Zijpse Zeedijk (onder) en de Hazedwars-
dijk (rechts). De dwarsdijk werd in 1598
aangelegd, een jaar na het droogvallen van de
Zijpe. De Hazepolder dankte zijn naam aan
Servaas de Hase, een investeerder uit Antwer
pen die eerder in Zuid-Beveland bij Kruinin-
gen een inpoldering had gefinancierd.1
Aan de vissersschepen op het strand en het
groepje mannen die vis afslaan is te zien dat
Petten een vissersdorp was. In de duinen stond
een vuurbaken waarmee vissers en loodsen
hun dorp wisten te vinden. Langs de Schoorlse
Zeedijk liep aan de binnenzijde een vaart.
Aan het eind daarvan stond op het strand het
pomphuis. Hier werd zeewater opgevoerd en
1 Neuteboom-Dieleman, Het verhaal achter de
Hazepolder te Petten, 2015