z
Toch waagde Kooger het om enkele dagen in
het hoogseizoen van 1920 naar Bergen aan
Zee door te rijden, hetgeen hem enkele pro
cessenverbaal opleverde en een dreiging met
inbeslagname van de bussen, als hij door zou
blijven gaan. Dit alles echter bleek de onder
nemers niet te ontmoedigen wat blijkt uit de
latere aanschaf van een White en een Scemia
waarmee zij onder de naam 'Auto-Omnibus
Alkmaar en Omstreken' respectievelijk vanuit
Alkmaar diensten naar Broek op Langedijk en
Hoorn gingen onderhouden. De zaken gingen
goed en in de glorietijd had
de onderneming zelfs de
beschikking, over zes Ford
busjes (enkele met massieve
achterbanden), de White en
de Scemia.
Eén van de chauffeurs bij deze
onderming was Parma, die
door Kooger werd ontslagen.
Gevolg: Parma zon op wraak
en richtte in 1924 samen met
de heer Dam, die een Fiatga
rage had op de hoek van het
Scharloo in Alkmaar, de 'Fiat
Autodienst Jb. Dam Parma'
op. Een busdienst welke in
1925 onder de naam 'Luxe
Fiat Autodienst' met behulp
van grotere en comfortabelere
de laatst genoemde autobusdienst heeft het dan
ook niet lang uitgehouden.
In 1920 openden de heren Jacob Kooger en
G. Manussen in de Spanjaardstraat te Alkmaar
een garage.
Ze kochten drie Ford-bussen en begonnen
een busdienst van Kerkplein te Alkmaar naar
Bergen Binnen. Daar de tramlijn Alkmaar-
Bergen aan Zee een eeuwigdurende concessie
had gekregen, was doortrekking van genoem
de dienst naar Bergen aan Zee niet mogelijk.
w
P
Op de Duinweg
bij de aansluiting
met de Bickerslaan
blijken de bus en
een particuliere
auto elkaar niet te
kunnen passeren
De Ford van Van
Mullum met Jan
de Ridder achter
het stuur en Klaas
Strooker bij de
motorkap
UQ
14
