Panden die verdwenen z w z w 5 2 w Q 2 Hogenolweg 1, Groet Tot voor kort stond een opvallend huisje aan de Hogenolweg. Het had een kenmerkend puntdak en werd daarom, ook omdat het klein was, wel het 'kabouterhuisje' of paddestoelhuisje' genoemd. Het huisje was gebouwd in opdracht van IJsbrand van der Veen (1888-1982). Hij zat in de bouw. Zo was hij in 1914 betrokken bij de bouw van de Bijenkorf in Amsterdam. Hij verstond zijn vak en werd leraar, later adjunct directeur van een ambachtschool in Amster dam. Van der Veen woonde aan de Baarsjes- weg, een gegoede buurt in de hoofdstad. Begin jaren dertig van de vorige eeuw logeerde hij met zijn nog jonge gezin in een pension in Schoorl. Tijdens het verkennen van de omge ving kwamen ze langs de Hogenol in Groet en daar bleek een perceel bouwgrond te koop te staan. Het jaar daarop heeft hij eerst nog een korte periode gelogeerd in het ernaast gelegen 'Pension de Hogenol' van de familie Schoen, om het gevoel van de plek en de omgeving te beleven en zo zeker te stellen of dit wel echt de plek was waar hij een buitenverblijf wilde bouwen. In januari 1932 kocht hij de grond en in 1934 of 1935 was het vakantieverblijf gereed. De 93-jarige zoon Jaap vertelde in 2016 dat het hier heerlijk toeven was. De oorlog gooide echter roet in het eten. Het huis werd gevorderd door de Duitsers die het hoofdzakelijk gebruikten voor munitieopslag. Na de oorlog bleek het pand volledig uitgewoond en bovendien was er woningnood. Vanwege de schaarste aan wo ningen wees de overheid het buitenverblijf toe aan timmerman De Rover en zijn gezin met zes kinderen. Van der Veen mocht op basis van wet geving hier nauwelijks huur voor vragen, maar droeg wel de kosten van onderhoud en gemeen telijke heffingen. Omdat hij alleen maar lasten had en het huisje niet zelf meer mocht gebrui ken besloot hij in 1956 het aan zijn huurder De Rover te verkopen. Het huisje bleef zoals het was. Wel heeft de nieuwe eigenaar van juttershout een tweede huisje in de tuin gebouwd waar het gezin introk als ze het hoofdhuis verhuurden (zie onderstaande foto). Ook op andere wijze zorg de de timmerman voor zijn grote gezin. De zoons herinneren zich dat hun vader vanuit het wc-raam op fazanten, duiven en konijnen schoot. En zelf zochten zij meeuweneieren in de duinen die ze naar de bakker brachten, die er zijn brood mee bakte. Het oorspronkelijke perceel van Van der Veen is later gesplitst. Op het afgesplitste deel verscheen het nu nog bestaande zwarte houten pS, w 66

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Scoronlo: uitgave van de cultuurhistorische vereniging Scoronlo | 2018 | | pagina 67