voor kleine schuiten voor de levering van reserve-
delen uit de magazijnen van de Rijkswerfin
Amsterdam voor de oorlogsvloot in het Nieuwe
Diep. De hoofdstad zag echter een mogelijkheid
ook voor de koopvaardij haar vaarverbinding
te verbeteren. Ze droeg een miljoen gulden bij
zodat het kanaal dieper en breder kon worden en
haar stad bereikbaar bleef.5
De ontwerper en bouwer van het kanaal, Jan
Blanken (1755-1838), maakte zoveel moge
lijk gebruik van bestaande meren, polder- en
ringvaarten. Boven Alkmaar was dat de geka
naliseerde Rekere. Hij overwoog enige tijd de
Groote Sloot te benutten. Maar hij zag daar
van af omdat hij het kanaal niet wilde laten
uitmonden op het Oude Veer bij Oude Sluis.
Graafwerkzaamheden voor een haakse bocht
in het noorden van de Zijper polder naar de
binnenzijde van de zeewerende dijk van het
Koegras brachten ook kosten met zich mee.
Bovendien werd de vaarweg dan langer. Direct
naast de Jacob Claesse sluis werd daarom de
Oude Schoorlse Zeedijk een tweede keer
doorbroken. Hier kwam een doorvaartsluis
die in geval van nood door schotbalken kon
5 J.C. Ramaer, 'De aanleg van het Groot Noord-
Hollandsch Kanaal', in De Boer, het Groot
Noord-Hollandsch Kanaal 1824-1924, 18
In 1566 - tijdens de eerste inpoldering - liet
heemraad Jacob Claesse (1530-1587) een sluis
aanleggen in de Schoorlse Zeedijk voor een
vaarverbinding vanuit de polder naar de Nieu
we Vaart. Via Groote Sloot en Nieuwe Vaart
konden de Zijper boeren nu hun producten
naar de markt in Alkmaar brengen.
Groot Noord-Hollandsch Kanaal
Eeuwenlang bleef de situatie ongewijzigd, tot in
1824 Amsterdam met het Groot Noord-Hol
landsch Kanaal een betere vaarverbinding naar
zee kreeg. Oorspronkelijk was het kanaal slechts
Aan de overkant: de
Oude Schoorlse Dijk
met geheel links, net
buiten beeld, het
vervolg van het
Noord-Hollands
Kanaal, in het
midden de Grote
Sloot en rechts onder
vaart aan de voet
van de dijk.
50