35 uur met 122 cm verlaagd!
Op 23 februari 1923 werd het
poldcrpeil niet meer ten opzichte
van zomerpeil maar ten opzichte
van Amsterdams Peil (AP)
aangegeven. En nu niet meer in
duimen maar in cm.
's Winters werd gemalen vanaf
ongeveer 90 tot 105 cm onder
AP. Het malen werd gestopt
tussen ongeveer 115 tot 135 cm
onder AP. In droge 's zomers
mocht de waterstand vanzelf
sprekend wat hoger zijn waarbij
de molenaar natuurlijk ook het
weer aankeek. Bij grote regenval
zal er om die reden wat langer
door gemalen zijn. Incidenteel
geeft molenaar de Vet ook de
stand van het boezemwater
aan. Voor maart tot juni 1923 is
dit gemiddeld 38 cm onder AP.
Momenteel is het streef peil in de
Schermerboezem 40 tot 50 cm
onder AP wat dus vergelijkbaar
is.
De molenaars
De naam Scherpenzcel, zoals
gesuggereerd door Modder,
komt in het Maalboek niet voor.
Als eerste machinist (drijver)
staat in dit boek P. de Geus
(Picter) genoemd. Zijn werk
zaamheden duurden niet lang.
Hij beëindigde zijn werkzaam
heden al na twee jaar en wel op
30 december 1911. Op 2 januari
daaraanvolgend ging Jan de Vet
aan de gang. In het boek schrijft
hij zelf dat hij toen 22 jaar was
en geboren is te Bergen op 27
mei 1890. Dit Bergen is overi
gens bijna Schoorl omdat hij
geboren was, net over de grens,
in een niet meer bestaand huis
nabij het Kanaal iets zuidelijk
van de Teugelaan. Later maalde
de vrouw van Jan de Vet april
1962), Gerritje Klaver, tezamen
met zoon Klaas. Dit was wel net
zo gemakkelijk omdat ze toch
onder één dak woonden.
Jan de Vet hield acht koeien, vier
aan beide zijden van de groep,
wat varkens en nog wat klein le
vend materiaal. Deze have hield
hij in het boerenhuis dat naast
het gemaal stond. Geruime tijd
nadat Klaas de Vet getrouwd
was met Geri Swaan, zij
woonden sinds hun trouwen in
1951 aan de Damweg op num
mer 73, nam Piet Dekker voor
een viertal jaren het molenaars
werk over. Piet zelf woonde op
Rijksweg 46, een paar honderd
meter noordelijker. Voor het
beheer van het polderpeil kreeg
hij geen loon. Maar omdat
hem een dienstverband werd
aangeboden, waardoor ook een
zelfstandige kinderbijslag kon
vangen, ving hij 700,- per jaar.
Jan de Vet s/ond erom bekend
dat hij - als beroepsvisser - de
visstand belangrijker vond dan
de voorgeschreven waterstand.
Het moge duidelijk zijn dat dit
tot conflicten leidde met de
Aagtdorper boeren.
Als opvolger van Dekker deed
Bets, de dochter van Klaas en
Geri de Vet, het molenaarswerk.
Na haar huwelijk in 1974 met
Cor Goed betrokken zij het in
1972 verbouwde maalhuis en
woning. De huur werd voldaan
door toezicht te houden op het
malen waarbij de werkzaam
heden eigenlijk alleen maar be
stonden in het aan- en uitzetten
van de pomp. Er zijn daar nog
twee van hun kinderen geboren.
De toegang naar hun woning
was best wel een probleem.
Er was geen weg dan over het
^VAVOOA\\\\\VO>ëx\\S\\\
Figuur 5
Het molenhuis tijdens de verbouwing, gezien vanuit het westen, in 1972. Op de achtergrond de seinpaal.
CULTUUR-HISTORISCHi: VERENIGING StORONLO MAART 2010