mondonderzoek) een plezierige dag bezorgd. Dan was het de vriendelijke goedheiligman die eerst een rit door het dorp maakte. Daarna in 'De Blinkerd' was het groot feest. Alle jaren had de Sint dan een mooi ver haal te vertellen. Steevast kwam er dan de passage in voor dat ze goed hun tanden moesten poetsen. Voorbij het tandartsenhuis stond een 'oudje' dicht aan de weg. Een klein huisje waar aanvankelijk Jac. Stam met echtgenote en dochter Antje woonden. Nadat mevr. Stam en dochter Antje gingen hemelen heeft Jaap nog heel wat jaren 'gekluisd' want hij is erg oud geworden. Daarna heeft Arie Louter het spulletje gekocht en ging er met z'n eega wonen. Gelijk ging hij er vlak achter een nieuw huis bouwen. Toen dat klaar was, was het over en het stulpje werd gesloopt. In het rechter huis woonde Kooyman, een timmerman. In het linker huis, dat in tweeën werd bewoond woonde Leen Jonker. In de andere helft de wed. Prins. Daar heeft ook Leidekker gewoond. Ernaast staat een van de oudste boerderijen van Schoorl, bewoond door het gezin Henk Polle. Hij heeft aan de overkant een enorme kudde wolvee, die in 't vroege voorjaar in de schapenschuur 'Houd Moed' hun lammeren ter wereld bren gen. In de dertiger jaren was de boerderij bewoond door het kinderloze echtpaar Kees Louwe - Willemijntje Polle. Na de dood van Willemijntje was een knap pe pleegdochter Truus Dijkman die haar taak overnam. Gert van Assem was vele jaren trouwe knecht en huisgenoot. In de er naast gelegen woning woonde toen het jonge echt paar Jan Polle en Martha van Overmeeren. Zij hebben daar vele jaren gehuisd. In 1930 liet Klaas Roozendaal naast het pand van Jn. Polle een huis bou wen. Hij had 27 jaar geboerd op de 'kerkeplaats'(Heereweg hoek Molenpad) en ging hier rente nieren met vrouw en dochter Jannetje. Jannetje liep mank, maar dat nam niet weg, dat zij nog vele jaren zelf de kost verdiende als 'baker', thans G. Seignette. Daarnaast stond en staat een royaal woonhuis. Hier woonde het gezin P. Kooyman. Die was timmerman. In de beruchte der tiger jaren werden weinig nieu we huizen gebouwd en ook het onderhoud beperkte zich tot het allernoodzakelijkste. Zodoende zaten veel middenstanders vooral in de winter in moelijk- heden. Kooyman mocht zich echter verheugen in de gunst van de toen aankomende archi tect Rooyaards, die o.a. de Ruï- nekerk in Bergen schitterend gerestaureerd heeft. Rooyaards kocht voor een klein prijsje een flinke lap grond met daarop een heel klein huisje (hoek Bobbele- weg Achterpad) Hij liet voor zichzelf aan de Bobbeleweg een vrij groot pand bouwen van het model oud Engels landhuis (thans fam. Eijking). Daar werd veel hout, dikke balken, in ver werkt. In die balken en in al het houtwerk mochten onder geen beding spijkers of draadnagels gebruikt worden. De diverse verbindingen moesten dus alle aan elkaar vastgezet wor den, door middel van met de hand gemaakte houten pinnen in diver-se maten. Kooyman kwam met Royaards in con nectie, die nu niet bepaald als vriendelijk of innemend •J. ïnHiltór. Cultuur-historische Vereniging Scoronlo - Catrijp - mei 2007

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Scoronlo: uitgave van de cultuurhistorische vereniging Scoronlo | 2007 | | pagina 24