BRAND IN HET ZEEPAARDJE Commandant D. Blom en brandmeester j. Koeten waren om kwart voor tien op de avond van 27 april 1967 nog aan het nabomen over de gebluste brand op een rieten dak bij de familie Wognum te Groet, toen de sirene alweer loeide. Er was her en der veel feestvreugde in het dorp vanwege de geboorte van kroonprins Willem-Alexander, maar dit klonk serieus. En het was serieus. Vlakbij de brandweerka zerne een felle uitslaande brand in de dependance van de volkshoge school "Het Zeepaardje" aan de Laanweg. Het rieten dak brandde als pek en zwavel en voor de belendingen begon men te vrezen. De brandweer rukte uit en was snel ter plaatse. Pompbediener K. Ruis woonde aan de Laanweg en was die dag jarig. Net voor het alarm zag één van de verjaardagsgasten rook buiten. In een mum van tijd was de kamer leeg. Mede door het luide alarm snelden de mensen toe en er was al gauw veel volk op de been. Bij het uitrukken was evenwel de aanhanger-motorspuit uit de bocht gevlogen en in de tegenover gelegen heg van W. Pastoor terechtgekomen. Ruis rende naar zijn aanhanger en met behulp van onder andere de brandweerlieden Raat, Limmen en Hof werd de aan hanger gezwind naar de brand gereden en in stelling gebracht en kon het echte bluswerk beginnen. De brand werd voornamelijk bestreden vanaf een plat dak tussen het oude en het nieuwe deel van het gebouw. Onder aanwijzingen van de brandweer hielpen ook een paar burgers en twee passerende matrozen van de Koninklijke Marine mee. De eigenaar van één van de belendende percelen, jan Wittebrood liep, begrijpelijk, zeer onder spanning te ijsberen. Gelukkig kon na een spannend halfuur door de bevelvoerder aan de commandant gemeld worden "brand meester". De inmiddels aanwe zige burgemeester fronste zijn wenkbrauwen. Het hele huis stond nog in lichterlaaie. "Ja, burgemeester," gaf Blom als toelichting, er is geen gevaar meer voor uitbreiding of overslag". De druk was nu van de ketel, maar het nabluswerk heeft nog uren geduurd. Het was één van de grotere branden voor het korps. Het ging met veel hitte gepaard. Wellicht was de oorzaak een overslaande vonk van de open haard van een vakantiehuis waar vakantiegangers de geboorte van de prins vierden. De uniformen van de matrozen zagen er na afloop ver fomfaaid uit. De toenmalige burgemeester Bergh zegde hen toe dat de rekening door de gemeente voldaan zou worden. We hopen dat dit ook nog goed is gekomen. (naar gegevens van de heer A.T. Smit)

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Scoronlo: uitgave van de cultuurhistorische vereniging Scoronlo | 2002 | | pagina 9