fr,
Van halsjuk tot tankautospuit
1 ^?U
A^ygr
STijA"-'
ccf
-";rv Vv
^po/>vWMp
$*Aech ftyrflio/jfe
cgJrfkyfyhi
*?-
Abdijè t
Oi'&dem
Het primitieve begin
De oorlogsjaren
m J n HaJmttiM.
•\-S<Tt?
mnbm "^rr'
7V£_js>£r
.ft! j icr"S 'w*
Bij foto's:
Het wagenpark in 1994
Brandkraanbordje
i960. Geeft plaats aan
van ondergrondse
brandkraan:
meestal in een woning.
Geeft plaats aan
(2.2 m naar rechts en
7.85 m naar voren),
diameter en nummer
Brandblusmateriaal heeft in de
loop der tijd een enorme ontwik
keling doorgemaakt.
In de vroege 19e eeuw was er al
sprake van dat "één persoon uit
een gezin verpligt is met twee
emmers en een halsjuk of als hij
die niet mogt bezitten met één
emmer naar de brand te gaan.
Particuliere personen bij den
brand ledig staande, paard en
wagens kunnen door de brand
meesters gerequireerd worden.
Als er geen water in de buurt
is moeten de twintig naaste
geburen aan wederzijde van het
huis waar de brand plaats heeft
de grootste tobbe in hun bezit
voor hun huis te plaatsen en
zorg te dragen dat deze gestadig
vol water blijft op de boete van
Drie gulden".
Als er genoeg water in de
buurt was ging het zogenaamde
kettingblussen van start. Dit
betekende dat er met zoveel
mogelijk mensen emmers gevuld
met water uit de beek of sloot
geschept werden en deze van
hand tot hand werden doorgege
ven tot aan de laatste man die
het water dan "met groote
kracht" op het vuur probeerde te
werpen. Met de komst van de
waterleiding in 1923, waarbij
gelijktijdig ook een beperkt aan
tal brandkranen werden ge
plaatst, moest ook het materiaal
worden aangepast.
In de raadsvergadering van
eind 1923, de oprichting van de
vrijwillige brandweer was net
een feit, wordt op voordracht
van B W een krediet van
300,- gegeven voor het aan
schaffen van brandblusmiddelen
waaronder een tweedehands
zuig-perspomp afkomstig van de
gemeente Alkmaar. Onbekend is
om welk soort pomp het hier
ging. Het daaropvolgende jaar
kwam er, overigens na het testen
door B W zelf, een tweede
hands brandspuit bij waarvan de
offerte van de firma Haasbroek
een bedrag van 200,-
vermeldde.
We weten wel dat er lange tijd
gebruik is gemaakt van een
"emmerpomp" en "spuitem-
mer". Deze emmerpomp was een
soort fietspomp die los of vast in
een emmer of bak werd geplaatst
met daaraan vast een rubber
slang met straalpijpje.
Tot 1941 werd er uitsluitend met
opzetstuk en slangen,
dus zonder pomp, gewerkt.
Nog in 1940 schrijft
Burgemeester Baron van Fridagh
aan de brandweerinspectie dat
hij het niet nodig vindt "alhier
een motorbrandspuit aan te
schaffen, aangezien ook deze
gemeente eene overeenkomst
sloot met de uitsteekend uitge
ruste vrijwillige brandweer der
gemeente Alkmaar, terwijl er
alhier tot dusverre slechts weinig
brand voorkomt". Een brandlad
der van ongeveer tien meter
stond wel op het wensenlijstje
maar vanwege het gebrek aan
geld zat deze aanschaf er voorlo
pig niet in.
Tot in 1942 ging het vervoer
van het materiaal geheel te voet
of met een karretje achter de fiets
gebonden. Dit hield in dat de
fietsende brandweerman al bekaf
was voor hij bij de brand aan
kwam, wat ook weer niet zo'n
ramp was want in die tijd werd
iedere toeschouwer tot spuitgast
gebombardeerd. Deze kreeg dan
een slang in zijn handen geduwd
en moest dan maar zo goed
mogelijk het vuur proberen te
raken.
In datzelfde oorlogsjaar werd
van garagehouder en brandweer
man Arie Raat een Chevrolet taxi
gekocht, die ook gevorderd zou
Cultuur historische vereniging Scoronlo Brandweer 1923-2000