Na de oorlog cfosfi Jfcy'-igfn Bij foto: Brandkraanbordje anno 2000 Schoorl', Schoorl, 1991). De Duitse Wehrmacht had haar eigen brandbestrijdingsorganisa- tie. Burgemeester S.G.L.F. baron van Fridagh levert in het begin van 1941 een inventarislijst aan bij de Ortskommandatur over de brandblusmiddelen in de ge meente. Hij doet tevens de opga ve dat het brandweerpersoneel bestaat uit een commandant en een plaatsvervanger plus een groepsleider met zeven man. Daarnaast hebben Schoorl en Groet gedurende de nacht 21.00 tot 06.00 uur), ieder afzonderlijk, beschikbaar een groepsleider (Rottmeister) en vijf vrijwilligers om te helpen bij het blussen van branden die door gevechten en/of luchtaanvallen zijn ont staan. Zij werden de centrale luchtbeschermingsposten Schoorl en Groet genoemd. Voorts geeft de burgemeester aan de Ortscommandant op, dat Alkmaar, Bergen en Schoorl een overeenkomst hebben over wederzijdse hulpverlening. De enkele gegevens uit die periode geven wel een samenwerking te zien tussen al die brandweer- groepen. In 1941 dringen de Rijks-hoofdinspecteur van het Brandweerwezen te Den Haag en de Gewestelijke Inspectie Brandweerwezen te Amsterdam aan op reorganisatie. Daaruit valt wellicht af te leiden dat de Duitse bezetter ten aanzien van de grote korpsen regelend optrad, zodat er voor de nationa le inspecties niet veel meer over bleef dan voortdurend hun aan dacht op de kleinere eenheden te richten. Want wat was er eigen lijk te reorganiseren? Uiteindelijk is wat met de functie benamin gen gespeeld zodat in ieder geval de indruk werd gegeven dat er gereorganiseerd werd. Extern werd ook belangrijk geacht dat Schoorl en Groet een eenhoofdige leiding kregen. Op gemeentelijk niveau leek de vraag naar de jaarlijkse vergoeding en het uurloon bij brand prioriteit te hebben (brief van de gemeente d.d. 24 juni 1944). Het antwoord zijn we niet tegengekomen. De brandweer in de boswachterij Schoorl stond in de oorlog onder leiding van G. Snip, groepscommandant van brandweergroep V van Kring 4; de commandant van kring 4 zetelde in Bergen. De groep telde zo'n tien man, voornamelijk voorwerkers van beroep. De bos wachter (boschwachter der eerste klasse) rapporteerde de branden aan de Houtvester te Alkmaar. We hebben nog wel een aardig rapport gevonden van een brand (0,10 ha) in het midden van de Tjalkhoekvlakte. Die werd door dezelfde bosbrandweergroep geblust nadat de burgers D. Trap en J.W. Redeker reeds met de blustaken waren begonnen. (De kunstwerken van de eerste zijn heden zeer geliefd). De wacht meester der Rijkspolitie der eer ste klasse A. Vegter heeft de groepscommandant G. Snip gewaarschuwd. Als vermoede lijke oorzaak van de brand werd onachtzaamheid met roken ver moed. Uit overlevering kwam tot ons dat zich in de oorlog veel vrijwilligers bij de brandweer meldden omdat ze daarmee de Arbeitseinsatz naar één of ander oord konden vermijden. Zo konden ze tenminste in Schoorl blijven. Na de oorlog zocht men naar wegen om de korpsen van Groet en Schoorl samen te voegen. Een ongezochte gelegenheid hiertoe bood het vertrek van de brand meester van Groet, de heer J.W. Damiaans per 1 januari 1952. De heer W. Kwinkelenberg kreeg toen de leiding over de brand weer te Groet en Schoorl. De heer Masteling, plaatsvervan gend ploeghoofd van Groet werd toen Brandmeester van Groet en dezelfde functie in Schoorl ging naar de heer C.J. Hopman toen ploeghoofd van Schoorl. De heer Kwinkelenberg was een man die stimulerend optrad op het gebied van de reorganisatie en de feitelijke hulpverlening in de gemeente. Naast de brandweer gaf hij ook leiding aan de organi satie Bescherming Bevolking (BB) te Schoorl. Dit was een afde ling van de kringnoodwacht Noord-Holland van de BB. Later, in 1967 tekenden korpsle den vrijwillig voor de BB-organi- satie en werden zo vrijwillig noodwachter bij de kringnood wacht. Meestal in de functie van brandwacht bij de Brandweer Schoorl. Zij moesten daarvoor twee extra lesavonden bij de BB volgen. Kwinkelenberg was ook vanaf het begin de stuwende kracht achter de opleidingen voor het brandweerpersoneel en de opleidingen voor de BB. Ook heeft hij zich ingezet om de vrouwenbrandweer binnen de BB-organisatie te Schoorl van de grond te krijgen. De BB is in het begin van de jaren vijftig opge richt onder invloed van de Koude Oorlog om de gevolgen van rampen veroorzaakt door oorlogsgeweld te bestrijden. De organisatie bestaat niet meer. De commandant van de brandweer Kwinkelenberg is lid van de Vereniging van Brandweercommandanten. Hij vraagt op 29 januari 1952 of de gemeente de kosten van het lid maatschap wil dragen. Twee maanden later valt de beslissing van een bijdrage van slechts 15,-. Kwinkelenberg heeft zich echter niet uit het veld laten slaan door deze beperkte mede werking en bleef zich zeer actief voor de brandweer inspannen. Uit het weinige materiaal dat ons uit die tijd ter beschikking staat is voorts te concluderen dat leidinggevenden beslissingen Cultuur-historische vereniging Scoronlo Brandweer 1923-2000

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Scoronlo: uitgave van de cultuurhistorische vereniging Scoronlo | 2002 | | pagina 17