rechtsbronnen die op Holland
betrekking hebben beslisten sche
penen onder voorzitterschap van
een vertegenwoordiger van de
graaf, genaamd schout. De schout
zat wel voor, maar had geen stem
in de beslissing. Elk ambacht had
een eigen rechtspraak.
Onderscheid dient gemaakt te
worden tussen strafzaken en bur
gerlijke zaken. Meer ernstige straf
zaken (criminele zaken) waren aan
de plaatselijke schepenbank ont
trokken. Daarvoor werd m.b.t.
Schoorl de vierschaar gespannen
te Haarlem onder leiding van de
graaf of zijn baljuw, die zitting
hield met welboren mannen. Min
der ernstige zaken van strafrechte
lijke aard werden in Schoorl zelf
afgedaan. De hoogst straf die de
schepenbank op kon leggen was
een geldboete van 42 schellingen
of stuivers. Ook bestond een bij
zondere maatregel van het aan de
kaak (schandpaal) stellen
gedurende 24 uur. Deze maatregel
kon toegepast worden jegens
vagebonden die in Schoorl kwa
men bedelen, hetgeen verboden
was. Verhaal van geldboetes op
hen was practisch uitgesloten.
In burgerlijke zaken waren schepe
nen onbeperkt bevoegd. Het oud
bewind kende geen geschreven
wettelijke regeling van het burger
lijk recht. Schepenen dienden het
recht aan de hand van oude ge
woontes te vinden en het resultaat
van hun werk heette aldus een
von(d)nis. Het hier vroeger
bestaande stelsel is in Engeland
nog altijd geldend. De common
law (ook in Holland geheten
gewoon of ordinaris recht) is in
beginsel ongeschreven en er wordt
beslist aan de hand van preceden
ten. Het is duidelijk dat schepenen
op een dorp voor niet eenvoudige
problemen gesteld konden wor
den. In gecompliceerde zaken van
voldoende belang vroegen platte
landsschepenen soms elders om
advies. Het recht kon ook per
plaats verschillen. Alkmaar had
b.v. een erfrecht dat afweek van
het Kennemer recht. De schepen
bank te Schoorl hield tweemaal in
de week zitting en wel naar aloude
gewoonte bij rijzender zonne. Na
de reformatie konden huwelijken
van degenen die niet tot de gere
formeerde kerk behoorden en die
burgerlijke erkenning wensten,
gesloten worden voor de schepen
bank. Ook de overdracht en
bezwaring van onroerende zaken
werd ten overstaan van de sche
penbank geregeld.
In 1795 is het oud bewind aan zijn
eind gekomen. Onder de aandrang
van Franse legers is Holland de
moderne tijd ingedreven met sou-
vereiniteit van het volk, een
grondwet en toebedeling van wet
gevende, uitvoerende en rechtelij
ke macht aan gescheiden organen.
Dat het oude stelsel aan ernstige
slijtage onderhevig was mag blij
ken uit het vrije algemene
enthousiasme waarmee de
omwenteling begroet werd. Wel
kan aan de hand van het voren
staande geconcludeerd worden
dat de inwoners van een dorp als
Schoorl onder het oude regime
hun zaken in belangrijke mate in
eigen hand hadden, waarbij wel
valt op te merken dat het de meer
vermogenden waren die het beleid
bepaalden.
N.J. Out
BRONNEN
Archief van regenten van Schoorl.
Bundel van privileges 1148-1492. RA
te Alkmaar. Inv.nr.15.
Archief van Regenten van Schoorl.
Keurboeken 1585-1770. RA te Alk
maar. Inv.nrs. 96-97.
Archief van Regenten van Schoorl.
Akte waarbij Hendrik van Brederode
aan Schoorl en Camp verschillende
privileges verleent. Inv.nr.16.
F.E.Gibbes: Inventaris op het oud
archief van de gemeente Schoorl in
het RA te Alkmaar.
L.P.C. van den Bergh: Oorkonden-
boek van Holland en Zeeland. (1937)
S.J. Fockema Andreae: De Nederland
se staat onder de republiek. (1961)
S.J. Fockema Andreae: Het bestuur
van het Hollandsche platteland, (z.j.)
R. Fruin: Geschiedenis van de staats
instellingen in Nederland tot den val
der republiek. (1922)
J.E. Spruit: Hoofdlijnen uit de ont
wikkeling der rechtelijke organisatie
in Nederland. (1982)