Toen In een van de aantekeningen van een mijner voorouders, die veehouder te Bergen was, stond ondermeer over het jaar 1841 (derhalve honderd zeven en vijftig jaar geleden): "1841 kenmerkte zich ook door het ziek worden der aardappelen, en wel zodanig dat er bijna niets overbleef voor 't volgende jaar om te poten (planten), zodat er groote duurte van levensmiddelen ontstond. Denk alleen maar 6 pond roggebrood voor 66 cents. In dit natte jaar was alles rot of in het geheel niet tot rijpheid gekomen. Over 1842: Naar ik meen te weten brak voor het eerst de varkens ziekte uit, ook met zulke hevigheid, dat er bijna geen varken overbleef althans in sommige plaatsen. God heeft er voor gezorgd dat het dier niet werd uitgeroeid. Mijn vader heeft om nog maar iets van dit jaar te noemen een boer gesproken onder de gemeente Monnikendam, die dit jaar(onleesbaar) had voor 22 koeijen—2 1/2 wagen muizenkapsel. Van Hoorn tot Amsterdam was meest alles door de muizen verteerd en in andere provincies was het evenzoo. Verder staat over het jaar 1842 nog het volgende: Men zag verlangend naar de milde regen uit. Maar geen druppel zag men vallen. Ik zag mijn weide en erf verdroogen, rood geblakerd door de zon. En het hooiland gaf schaars voeder, 't was een luttel wat men wou. Dagelijks hoorde ik de klachten van de mijnen boerenstand. "Ach, wat moet er van ons worden? Wat gedaan voor vee en land? Ja, de prijs zinkt daaglijks lager van het vee en land. Red ons, Opperwezen, was schier daaglijks aller bee. Zoo brak de Herfstmaand aan, en God, die trouwe Heer zag van zijn hoogen troon op het dorstende aardrijk neer. Toen een regendrop viel en daarna meer, als lafenis naar beneden. En het dorrende aardrijk werd herschapen in een Eden (paradijs). Weer zag men het veld getooid met boterbloem en gras. Het scheen dat de septembermaand het begin des zomers was. Toen zag ik weer het hooi de schuren inrijden. Men vond in de wintermaand nog nauwelijks vee op stal. Nog was er gras zoowel hier als overal. Nooit zag men op het Driekoningsfeest (6 januari) het melkvee in de verzadigde wei. C.J. Schouten 9

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Scoronlo: uitgave van de cultuurhistorische vereniging Scoronlo | 1998 | | pagina 11