en water. Aangezien hout de brandstof was konden de Hollanders eenvoudig geld verdienen met houtzagen. Da; ze daarbij eiken en beuken omhakten deed ze niets. De eerste trein van Detroit naar Chicago reed op 20 februari 1852. In 1853 arriveerden de eerste Hollanders pe! trein, de familie Madderom uit Broek op Langedijk. Het was een warme voorjaarsdag in 1855. Hark Eenigenburg reed met zijn ossenwagen het erf op van de Kuypers. Hij was Wij zijn benen te strekken na de lange rit vanuit Chicago. In Chicago was hij langs het postkantoor gegaan en had daar een brief voor Cornelis Kuyper gevonden. 'Hij komt uit Schoorl neem ik aan" zei hij tegen Cornelis. 'Ja," zei Cornelis, "die is van Jan Brandt.' Hij verbrak het zegel en vouwde de brief open. "Ik heb hem eens geschreven, maar nooit meer iets van hem gehoord Cornelis las de brief hardop: "Beste Cornelis, binnenkort verlaten wij Schoorl, het wachten is op een bericht van de stoombootmaatschappij. Alles is al gepakt. Ik was blij te horen dat jullie een goede plek gevonden hebben in High Prairie vlakbij een meer. Dat meer klinkt goed. Ik hoop dat er nog plaats voor ons is, kijk naar ons uit. Jullie vriend Jan." Jan Brandt en zijn familie kwamen spoedig en vóór 1856 was er een hele nederzetting bij het meer. Harm Tien, Jan Snip en Jan Brandt bouwden hun huizen daar. Voordien had Cornelis Roggeveen een klein huisje gebouwd, en later vestigden de Zoetemelks en de Zuurbiers zich er, alsook de familie de Haas. Allen beschouwden zich als echte burgers van de Verenigde Staten, het tehuis waarvoor ze gekozen hadden. Toch vonden ze het niet nodig Engels te leren spreken, laat staan te lezen. Antje Bras, die in 1849 als meisje van 14 jaar met haar ouders was gekomen, leerde niet meer dan twee dingen in het Engels. Waarom zou ze ook? De kerkdiensten waren in het Nederlands, de handelaren waren Nederlands en haar familie ook. Toen ze op 64-jarige leeftijd overleed kende ze slechts de Engelse woorden Hello en Shut-up. Zonder twijfel waren er ook andere vrouwen die nooit Engels leerden spreken. Kranten in het Nederlands werden veel gelezen. Kuyper had een abonnement op de Nieuwsbode, uitgegeven in Sheboygan, Wisconsin. Later waren de Nieuwe Courant, Onze Toekomst en De Hoop populair. Toch leerden velen van de piomiers niet alleen Engels spreken, maar ook lezen en schrijven. Tot zover onze reportages over de Schoorlsc families in Amerika. Maar het betrof niet alleen Schoorlaars, veel van onze landgenoten waagden in het midden van de I9e eeuw de oversteek naar Amerika. Zo ook families uit Eenigenburg. Daarom is het wel aardig om de artikclcnscrie af te sluiten met een verslag van Adric van Dalen en Jan Keuris, die op uitnodiging van W. K. van Schoncvcld aanwezig waren bij de Engelse uitgave van het standaardwerk over dit dorp. Het eerste exemplaar was bestemd voor de voorzitter van het Historisch Genootschap Oud Wcstfricsland, drs. Klaas Bant. De schrijver van het boekje, KI. van Schoncvcld, las enkele fragmenten uit de in ons blad 'Scoronlo' verschenen barre overtocht anno 1849, door Adric van Dalen uit het Engels vertaald, voor. Nu is het bock door Tosca Brune in het Engels vertaald en het kreeg de titel "A Glimpse into the History of Eenigenburg Onder de 55 aanwezigen zagen wc Volken Nobel en cga uit ZuidScharwoudc, uit Zijpc Anncmick Schenk-Eriks, Jan de Boer en cga, en uit Schoorl Wil Janssen en Joop Muclink. De bijeenkomst werd op originele wijze opgeluisterd door mevr. Hcmmcr- Blokkcr uit St. Maarten met delen van hap r Wcstfriesc repertoire. Namens Schoorl waren ook van 3-5 met veel genoegen aanwezig Adric van Dalen en Jan Keuris. 6

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Scoronlo: uitgave van de cultuurhistorische vereniging Scoronlo | 1997 | | pagina 8