Over naamgeving in het Schoorlse duingebied
Blad nr. 5 van onze vereniging (april 1992) heb ik weer van voor naar achter met veel plezier gelezen.
Met name het artikel van Henk Snip, over naamgeving enz., was bijzonder interessant en voor mij
aanleiding een poging te wagen om op twee punten iets toe te voegen. Daarbij meteen opmerkend dat
mijn toevoegingen hoofdzakelijk uit vraagtekens bestaan, die mogelijk door Snip of anderen weer
kunnen worden overwogen.
Namen van duinpaden
Aan de vele namen van duinpaden, die Henk Snip in zijn
artikel moemt, wil ik nog een aantal toevoegen, die ook de
aandacht verdienen. Daarbij denk ik aan de Munnickenweg,
die in de 50-er jaren zo nodig moest worden omgedoopt in
het fantasieloze Schoorlse Zeeweg. De Gouden tientjesweg,
die de door Snip beschreven kuil verbond met het
Douanepad, voordat het geheel werd weggewalst door de
Hargerstrandweg; ook al weer zo'n bedenksel waar kraak
noch smaak aan zit. En verder: Berkenstoofweg,
Schuthokweg, Pad van 29, Roozendaals pad, Fbd van
Steven Schelde, Blokkerspaadje, enz., waar bij de laatste
drie meteen de vraag rijst: "Wie waren Roozendaal, Steven
Schelde en Blokker? Waren het misschien roemruchte
jutters uit een van de Schoorlse dorpen? Het kan geen
toeval zijn dat deze paden allemaal van noordoost naar
zuidwest lopen gelijk het Douanepad!"
Voor enige jaren heb ik aan Staatsbosbeheer gevraagd
oude namen van paden in het duin weer terug te brengen.
Oudere dorpsgenoten zullen zich de groene bordjes met
een wit gesjabloneerd lettertje herinneren die in de 40-er
jaren overal aan de bomen waren bevestigd. Dat leek mij
niet alleen cultuur historisch maar ook toeristisch
interessant, op grond waarvan VW-Groet mijn verzoek
steunde. Onlangs heeft SBB inderdaad een aantal borden
geplaatst (aa. aan de Jachtweg). Bij navraag vernam ik
echter dat men het tot enkele gevallen wil beperken.
Misschien zou Scoronlo hierover ook eens met het SBB
kunnen gaan praten. Al zouden we vooreerst alleen maar
zo de meest karakteristieke namen van paden kunnen
laten voortleven.
De Paardenhemel
Over de Raardenhemel, kampeerterrein en hoog duin aan
de Hargerzeeweg, meldt Henk Snip dat de Fransen in 1799
hier hun paarden begroeven. Mij is een ander verhaal
verteld, maar laten we eerst pogen de gevechtshandelingen
in 1799 in Hargen te analiseren, om zo een mogelijke
ondersteuning voor het verhaal van Snip te vinden.
Nadat de Engelse vloot op 27 augustus 1799 was geland
en later versterkt met Russische troepen de kop van
Noord Holland in bezit had genomen, konsolideerden de
geallieerden hun stellingen op de lijn Petten-Krabbendam
en verder langs de oostkant van de Zijpe. De inderhaast
aangevoerde Franse en Bataafse troepen betrokken hun
stellingen langs de duinrand van Camperduin en Groet om
van daaruit een verdedigingslijn via Bregtdorp naar
Schoorldam en verder oostwaarts op te bouwen. Het
waren Franse troepen o.l.v. generaal Brune die zich in onze
omgeving hadden genesteld, zodat het goed mogelijk is dat
het z.g. Franse haventje een kampement van onze
toenmalige bevrijders/bezetters is geweest.
De eerste gevechtshandelingen vonden plaats op 10
september en waren een initiatief van de Franse troepen.
Daarbij rukte een kolonne vanuit Camperduin langs de
Hondsbos sche op naar Petten en een andere kolonne
vanuit Schoorldam naar Krabbendam. De geallieerden
bleken zich echter uitstekend verschanst te hebben en
sloegen op beide genoemde plaatsen de aanval af waarna
de Fransen na vijf uur strijd, waarbij ze duizend man aan
doden en gewonden verloren, zich weer terug trokken op de
oude stellingen. Ongetwijfeld zullen ze daarbij ook een
aantal paarden hebben verloren. Maar omdat het feitelijke
gevecht zich bij Petten afspeelde, is het niet aannemelijk dat
de kadavers mee naar Hargen zijn gesleept om daar te
worden begraven. De overlevenden waren al blij zelf het
vege lijf te kunnen redden.
Geallieerden in de aanval
Op 19 september gingen de geallieerden tot de aanval over.
Aanvankelijk verliep het offensief goed. Op de linker vleugel
bezetten de Engelse troepen onder generaal Sir Ralph
Abercrombie moeiteloos Hoorn. Aan de rechterzijde
trokken Russische troepen onder bevel van generaal
DHerman op naar Camperduin. Deze strijdmacht rukte zo
voortvarend op dat ze na vertrek uit Petten vier uur later
Bergen al hadden ingenomen. Deze snelheid (je kunt de
afstand Petten/Bergen nauwelijks belopen in vier uur!) lijkt
echte gevechtshandelingen en dus het verlies van paarden
uit te sluiten. Zeker hadden de vluchtende Fransen geen tijd
om de paarden in Hargen te begraven.
We kennen de katastrofale afloop van deze veldtocht. In
Bergen vergaten de Russen hun overwinning te con
solideren, omdat ze het te druk hadden met plundering,
drank en vrouwen. Daardoor konden de Fransen zich in de
bossen rondom Bergen hergroeperen en een ver
rassingsaanval uitvoeren. De Russen werden bij duizenden
in de pan gehakt en de rest vluchtte naar Schoorl. Dankzij
hulptroepen uit de richting Warmenhuizen- Schoorldam
konden zij hier de Fransen enige tijd weerstaan, met gevolg
dat het dorp Schoorl, op kerk en raadhuis na, met de grond
werd gelijk gemaakt. Door gebrek aan munitie moesten de
Russen zich uiteindelijk terug trekken en werden ook de
Engelse troepen op de linker flank weer terug gefloten naar
de Zijper stelling.
Holland op z'n smalst
Op 2 oktober ontbrandde de strijd voor de derde maal.
Ditmaal waren het Britse troepen o.l.v. Abercrombie die
langs de Hondsbossche naar Camperduin kwamen, een
3