Schoorlse kerk vroeger moeilijk te verwarmen
Voorzang bij carbidlicht
Nu de Schoorlse kerk wordt gerestaureerd en er daardoor ongewild toch weer wat van het echte oude
verdwijnt, is het leuk te weten hoe men in vroeger jaren kerkte. Uit de mond van de heer Jan Maijer
van de Heereweg tekenden wij het volgende hierover op.
Zo rond de twintiger jaren was zijn grootvader, Jan
Zwakman, koster van de kerk. Dat betekende dat hij in de
wintermaanden voor stoven zorgde Dat waren bloem
potten waarin "gloei" lag, zodat men zich er aan kon
warmen.
De kerk liet zich moeilijk verwarmen. Er stond halverwege,
ongeveer op de plek waar de kroonluchter hangt, een
kachel die 's zaterdags tegen de avond ging branden. Op
zondagmorgen vroeg, na het melken van zijn koe, ging
koster Zwakman dan alweer naar de kerk om de kachel
flink op te stoken, maar warm werd het niet.
Jan Zwakman zorgde met zijn vrouw ook voor het
avondmaalsbrood. Er werden dan van tevoren twee
melkbroden in bbkjes gesneden. Het overschot nam de
koster - het waren toen best moeilijke tijden - mee naar
huis. Daar maakte zijn vrouw er 'sop' van. De brood-
blokjes gingen in warme melk met suiker en werden zo
gegeten.
Het was sappelen geblazen en daarom vergaarde de koster
na de dienst ook de as uit de kachel, die hij zeefde Wat
hem nog opnieuw brandbaar leek mengde hij met klei en
stro en maakte er kogels van, die in de kosterswoning
werden verstookt.
Overigens was Jan Zwakman een begaafd mens. Hij kon
rijmen als de beste en zorgde voor ontroerende gedichten
die aa. tijdens begrafenissen werden voorgelezen. Ook was
hij voorzanger in de Hervormde Gemeente. De heer Jan
Maijer beschikt over een fotootje, waarop zijn grootvader
als voorzanger staat afgebeeld. Daarop ziet men ook het
fraaie koorhek, dat helaas uit de kerk verdwenen is.
Dankzij gaslicht dat uit carbid gewonnen werd, kon men in
de kerk bij duisternis zangboek en bijbel lezen.
G. M. Kramer.
6