spcclie, van welke aard ook, puin of iets dergelijks te brengen, alles op eene boete van een gulden, onverminderd het
bepaalde bij artikel 471 van het wetboek van strafrecht.
Arlikcl 2:
Het is verboden zonder vergunning van Burgemeester en Wethouders op de openbare wegen, pleinen en voetpaden
hekken of wallen te maken, heiningen te planten of ecnige andere versperringen van welken aard ook, of iets
hoegenaamd daar te stellen hetwelk voor den algemcene passage hinderlijk zouden kunnen zijn, alles op eene ooete van
twee gulden.
Artikel 3:
Van primo april lot primo October is het verboden om langs de openbare wegen, gelegen langs de geest of bouwlanden,
runderen of paarden te drijven of te vervoeren anders dan behoorlijk geleid wordende aan touwen, op eene boete van
twee gulden.
Artikel 4:
Het is verboden om eenig letsel of schade, hoe ook genaamd, te doen aan
staande gebouwen, boomen, plantsoenen, veldvruchten, hagen of hekken,
of particulieren; alles op eene boete
van twee gulden.
Aldus vastgesteld den 28 augustus 1861.
Burgemeester J.C.PeecK en Wethouder C.Gutker
18^6 Branden van de verlichting.
Bij de ingezetenen van deze gemeente bestaat de gewoonte om bij het branden van het licht hunne woningen de luiken
voor de ramen of vensters derzelver oncesloten te laten, of ook voor de ramen geenerlei olwei gene doelmatige
voorwerpen of bedeksels te plaatsen. Overwegende dat daardoor na zonsondereang de passage en het verkeer langs de
openbaren weg, vooral met paard en rijtuig zeer gevaarlijk wordt en ligtelijk tot grote ongelukken zouden kunnen leiden,
is besloten lot
vaststellen van de navolgende verordening op het sluiten der luiken na zonsondergang.
Artikel 1:
De ingezetenen zullen verpligt zijn om bij het
ansteken en branden van eenig licht binnenshuis tusschen zonsondergang en zonsopgang de luiken voor de ramen of
glazen deuren, bovenlichten als anderzins, in den meeste uitgebreiden zin, zoodanig te sluiten of daarvoor zoodanige
ondoorschijnende voorwerpen te plaatsen, dat deze lichten of derzelver schijnsel bij he' gaan langs den openbaren weg
niet gezien kunnen worden.
Artikel 2:
Elke overtreding van deze verordening zal gestraft worden met eene boete van drie gulden.
Gedaan op 2 maart 1876.
J.C.Peeck, burgemeester en secretaris
H.Kager. wethouder.
en tenslotte op de zelfde datum
1876 Het rijden van hondenwagens:
Artikel 1:
Het is verboden in deze gemeente te rijden met karren sleden of anaere voertuigen met honden bespannen, tenzij deze
door geleiders bij het voertuig loopende, aan de nand worden geleid. Elke overtreding wordt gestraft met eene gulden
boete.
Gedaan op 2 maart 1876.
J.C.Peeck, burgemeester en secretaris.
H.Kager, wethouder.
Bovenstaande verordeningen van de gemeente Schoorl, zijn te vinden in het Gemeentearchief van Alkmaar.
Wil Janssen
de langs de wegen of openbare voetpaden
hetzij dczelver bchooren aan de gemeente
8