i j i
26.
wij niet aansluiten, dan met de watervoorziening gaan. Met
een paar emmers water uit een put halen, die tijd hebben
we dan toch nu wel gehad. Uit een pomp is het drinkwater
toch niet goed. We moeten de zaak wel onder de ogen zien.
In het advies van B en W wordt door voorzitter en de heer
Krom daar ook op gewezen. Ik vind, dat er reden is om aan
te sluiten.
De heer Wijnker: Door de heer Kostelijk wordt gewezen op
watergebrek bij lange droogte. Maar vele mensen hebben
nieuwe regenbakken, sommigen zelf wel twee. Er zou nog
rondgegaan kunnen worden in de gemeente om de regen
bakken na te zien en waar een te kleine bak is, zou de afge
keurd kunnen worden en aan de mensen voorschot kunnen
worden verstrekt, om zich een grotere regenbak aan te
schaffen, Het kan ook wel zijn, dat het 10 jaar duurt, eer we
weer eens watergebrek hebben.
De heer Kostelijk: Mensen met grote gezinnen en kleine re
genbakken hebben altijd watergebrek.
De heer Tromp: Wat het gesprokene aangaande de koeien
betreft, iemand, die het voor vee wil gebruiken, is daarin
vrij. Wij spreken eigenlijk meer over het gebruik van het wa
ter voor de mensen. Wie het voor zijn vee niet wenst, laat
die het dan de dieren niet geven.
De heer Blom: Als het voor koeien niet goed is, zal het lei
dingwater voor mensen ook niet goed zijn, zou ik denken,
maar ik ben toch een voorstander.
Anderen: maar dan zou je in de stad geraamten zien
De heer Met: Er is al het een en ander over de waterleiding
gezegd. Maar laten we een goed besluit nemen. Want het
staat als een paal boven water, dat wanneer b.v 10 of 20
gemeenten niet aangesloten worden, zij ten slotte desnoods
gedwongen worden om aan te sluiten. Laat ons dat voorko
men. De heer Kostelijk zei straks dat goed eten en drinken
nodig is. Ik vind dat er in de eerste plaats wel moet zijn
goed drinkwater.
Harenkarspel gesproken en is ook met de
plaatselijke geneesheer in onze gemeente
er over in gesprek geweest. En het resul
taat van de besprekingen is geweest, dat
de bezwaren, die spreker aanvankelijk had,
zijn opgeheven. En al heeft spreker nu
reeds tweemaal tegengestemd, hij zal thans
vóór stemmen.
De heer Zuurbier zegt: Ik hoorde zoeven
over wat boeren er over oordeelden. Maar
die praten er heel anders over als straks
gezegd werd, want de boeren willen het
leidingwater niet meer aan de koeien ge
ven, aangezien je er zeer magere koeien
door krijgt.
Voorzitter: Dat is tegenovergesteld aan
wat ik hoorde. Ik heb een tweetal boeren
gesproken, die voor het leidingwater wa
ren.
De heer Zuurbier: Ik ben bij drie boeren
geweest, die er allen tegen waren. Het wa
ter is schraal voor de koeien.
De heer Krom: Zou het schraler zijn als
gewoon Nortonwater?
De heer Kostelijk: dat is voor ons niet best
te beoordelen.
De heer Mienis zegt: Het is wel toevallig;
ik heb juist boeren gesproken, die wel voor
het leidingwater waren.
De heer Kostelijk: Straks zei de heer
Wijnker de dwang verschrikkelijk te vin
den. Maar wij moeten ons wel eens aan
passen. Doch kan de heer Wijnker het op
zich nemen om tegenstander te zijn? Want
als er droogteperiode komt, hoe zal het als
Foto 1935. De tienduizendste
aansluiting op het waterleiding
net in de regio Alkmaar aan de
Kabel in Heerhugowaard, nu
Lindenlaan 19. Het echtpaar
Jaap en Mie Laan ter weerszij
de van de tafel. Verder v.l.n.r.:
een man van het waterleiding
bedrijf, burgemeester van
Heerhugowaard B.J.F. Sutman
Meyer, dhr. Schuurman (inspec
teur waterleidingbedrijf), de ge
meente secretaris A.M. van der
Ham en loodgieter Burger bij
de regenton die buiten gebruik
is gesteld. Het echtpaar Laan is
in de bloementjes gezet voor
hun stolpboerderij. Ze kregen
een jaar lang gratis water.
MSTMCT ALKMAAR
1 j