Na de arrestatiegolf vond Franci Siffels onder
dak in Amsterdam. Ze heeft een verhouding
gehad met de Gestapo-agent Gerardus Kuiters.
Haar kind was aanvankelijk ondergebracht bij
haar moeder.
Als het in Zaandam te gevaarlijk voor haar
wordt, wordt ze door de SD in het gebied rond
Alkmaar ingezet om daar te achterhalen wie er
betrokken zijn bij de verzetsgroepen. Ze is on
der andere in contact gekomen met Gerard
Veldman. De verzetsgroepen vertrouwden
Franci niet en probeerden haar het werk voor
de SD op te geven en daarvoor hadden ze haar
dochter gekidnapt. Maar Franci was hardleers
want een paar dagen later was ze alweer bij de
SD om enkele namen door te geven. Hierna is
ze door de verzetsgroep Alkmaar gevangen ge
nomen, maar de groep durfde haar niet te li
quideren. Door een groep uit Beverwijk is ze
meegenomen voor verhoor.
Haar moeder heeft te horen gekregen hoe haar
dochter was omgebracht. Ze zei dat ze dat te
horen had gekregen van de Alkmaarsche KP-
man Gerard Veldman.
Zij schrijft: Ongeveer april 1944 is zij in con
tact gekomen met mensen van de LO in
Alkmaar. Deze mensen nu, die dachten dat
mijn dochter een verraadster was, hebben
haar op gruwelijke wijze vermoord. In plaats
van haar onder hun bescherming te nemen en
te laten onderduiken, deden zij dit: zij hebben
haar eerst met een spuitje met arsenicum wil
len doodmaken. Door de worsteling is dit mis
lukt en toen hebben zij er iemand voor ge
bruikt en die heeft er gulden aan verdiend,
maar is gelijktijdig zenuwziek geworden. Hij
moest zogenaamd verliefd op haar worden en
haar overhalen dit en dat te zeggen. Ze zouden
samen trouwen en weggaan en de hele boel
verraden. Daarna heeft hij haar doodgeslagen,
met stokken en deksels met behulp van nog
drie anderen. Het moet zo erg geweest zijn,
toen ze bezig waren haar dood te maken,
kwam er iemand binnen en die vond het zo
vreselijk wat ze deden en heeft haar toen de
kogel gegeven om haar uit haar lijden te ver
lossen: een humane daad van een moordenaar.
Tot tweemaal toe is zij nog bij geweest en heeft
zij nog gezegd: "Wat mishandelen jullie mij
toch Het was zo 'n lief kind, maar ze ver
trouwde te vlug iedereen. En dat is haar
dood geweest". En: "Nadat ze mijn kind
hadden doodgeslagen, hebben ze haar ver
voerd naar Rustenburg en hebben haar
daar in een kuil gegooid, maar in de haast
niet goed, zodat een schoen bovenkwam.
Na drie weken vonden mannen haar daar
en toen was ze totaal onherkenbaar".
Uit verhalen, die mijn moeder (Marie
Bakker) vertelde, bleek dat Adriana
Siffels-de Kuijff het graf van haar dochter
bezocht heeft en ze heeft veel over haar
dochter aan mijn moeder verteld. Jammer
genoeg heb ik daar toen geen notities van
gemaakt. Wat me is bijgebleven is dat ze
trots was op haar dochter en ergens ook
wel begreep waarom haar dochter ver
moord was.
Bronnen:
- Eric Schaap, Korte metten. De Zaanse liquidaties
(1940-1945). Uitgave: Brave New Books
-Jack Kooistra en Albert Oosthoek, Recht op wraak,
Liquidaties in Nederland 1940-1945,
- PENN Uitgeverij, Leeuwarden, Tweede druk april
2009
- Beeldbank W02, foto Gerard Veldman, lid KP-
Alkmaar