waren. Alle pannen waren van 't dak en in alle boeten waren ook de ruiten haast allemaal kapot". Op 17 april wordt Bob geconfronteerd met een onbekende man, die zijn fiets op de dors kwam zetten, vriendelijk "goeie mor gen" zei en vertrok. "Toen ik opa later sprak en hem 't geval vertelde, zei hij, dat 't er een was van de ondergrondsche en dat ze op de tochtakker onderricht kregen in 't schieten. Ze hadden gevraagd of zij zich daar mochten oefenen en daar zooiets ko ren op de molen van opa is, stemde hij direct toe". Op 24 april zei opa: "Direct m'n fiets verbergen". "Nou, door de routine wijs geworden, zat dit vehicle binnen enkele minuten onder 't stoo. Intusschen was tante Jannek haar fiets aan 't ver schuilen onder 't hooi. Er moest dus wat loos zijn, maar ik hoorde niets meer. Van tevoren had ik wel hooren praten, maar er geen acht op geslagen. Een kwartiertje later kwam opa bij ons boven en vertelde ons dat hij 10 a 12 Landwachten en mof fen had gehad, die fietsen en boter moesten hebben. "Een ouwe kerel van 77 rijdt niet meer op een fiets en butter maak ik niet". De heele oogst was, dankzij z'n beheerscht optreden, dat ze verdwenen en vanavond om een liter melk komen. Nu de clou. Uit opa's borstzakje van z'n werkjasjeprijkte een "Trouw", z'n fiets stond op de dorsch, de fietsen van Aagt en tante Jannek stonden ook in huis en 't radiotoestel staat vlak voor 't raam met als camouflage een oud jasje er overheen gelegd. Dat hij en wij door 't oog van de naald zijn gekropen, mag een wonder heeten. Vanavond zullen ze terugkomen om melk, doch maak ik mij niets ongerust, daar we gerust kunnen zijn over opa's be- heersching en welbespraaktheid". Het dagboek eindigt met het verslag van 3 mei 1945. Als laatste: "En nu is ons ondertusschen een groot geluk ten deel gevallen. Iemand heeft bij opa een en veloppe met inhoud voor ons bezorgd met 15 brood kaartjes of te wel 15 brooden. en het beste spreek woord, dat de Nederlandsche taal bezit is: "Als de nood 't hoogst is, is de redding meest nabij". We zijn gered en weer door de onzichtbare mannen van de ondergrondsche strijdkrachten. Hoe blij wij zijn en daarbij hoe gelukkig, dat deze zorg voorloopig weer tot 't verleden behoort, laat zich begrijpen en zeg den weldoeners dan ook m'n allerhartelijkste dank voor de vruchten, die wij mogen plukken van hun dappere werk. Spoedig zal de ondergrondsche tot bovengrondsch gepromoveerd worden en kunnen alle leden bogen op grootsch en dankbaar werk, dat zij verricht hebben Wat hebben de onderduikers geluk gehad dat ze net op tijd uit Amsterdam waren en ook bij hun onder duikadressen kregen ze voldoende geluk dat ze op tijd gewaarschuwd werden of dat bij hun toevallig geen huiszoeking plaatsvond. De families Vader hebben hun gestelde doel gehaald. De onderduikers zijn de oorlog doorgekomen en hoewel er spanningen zijn geweest zowel met de Duitsers en met de gebroeders Van Leijen. De span ningen tussen de familie Vader van de Groenedijk met vooral de vader van Bob hebben ze onderling kunnen oplossen, waarbij vooral de familie Vader zich heel humaan heeft opgesteld. Het onderdak ge ven aan onderduikers is geen sinecure als je van te voren zou weten wat boven je hoofd hangt dan zou je het vermoedelijk niet doen. Maar het niet tegen onrecht kunnen en de wil om te helpen zorgde er voor dat deze mensen ver boven zichzelf uitgestegen zijn. Waarvoor hulde! Bronnen: v.l.n.r. Piet Vader, Trien Vader-Stapei, Bob Trijbetz met zijn vrouw Adi Trijbetz-Strauss, Klaas Vader. Deze foto is van na de oorlog. - Bob Trijbetz, Dagboek 15 juli 1942 t/m 3 mei 1945, 5 de len te vinden op www.yadvashem.org - The Diaiy of Bob Trijbetz 1942-'45 by Bob Trijbetz jr. - Henk Komen, Stolpboerderijen in Heerhugowaard. Deel 1 en 3 - De Overhaal, 2005, Herinneringen van een onderduiker, blz. 40 - Grote Provincie Atlas Noord-Holland, Uitgave: Wolters- NoordhoffAtlasprodukties Groningen, 1988, blz. 47. Kaart Veenhuizen 1910 Zowel van Bob Trijbetz jr. als van de weduwe van Jan Vader hebben wij toestemming voor publicatie van Helpers bij on derduikers (De familie Vader van onschatbare waarde voor onderduikers).

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Overhaal: historisch magazine Heerhugowaard | 2019 | | pagina 29