De kapitale Boerenplaats» genaamd „Jachtiust", te Heerhugowa&rd a&n den Midden weg, bcsta&nd o uit: Boerenwoning met twee edbuien, grooten Sorkel- der, vljzelberg, boomgaard, erf, «n diverce perceelen teer vruchtbaar weiland en bouwland aldaar on aan den Molenweg, tezamen groot 2* Hectaren, M Azen, It Centiaren. Verhuurd aan den beer L. STUUR MAN Dz. te Heerhugowa&rd. Aanvaarding het land 25 Decem ber 19C8 en do boerenwoning 1 Mei 1829. Lasten van 1 Januari 1929 af. Behoorende tot de nalatenschap van Mejuffrouw Wed. J. NIEUW LAND to Schoorl. Meerdere inlichtingen ten kan tore van den notaris, alwaar In tijds kaartjes verkrijgbaar zulten zijn. winkeltje enz. Daarnaast stond een grote boerenstolp, daar woonde mijn vader, die huurde hij van de weduwe Nieuwland. Mijn vader is er uitgekocht, er zat nog een jaar of drie, vier huur op. Dat was een soort woonverzekering, ze konden dan niet zeggen je moet eruit. De weduwe Nieuwland was toen overleden en die familie wilde de boerderij vrij van huur hebben. Vader is toen met het gezin in Veenhuizen op de Kerkweg nr 18. beland. Vader had 20, 25 koeien, hij was een veeboer. Dat was toen ik ongeveer negen jaar was, ik heb hier nog een foto hangen van die boer derij in Veenhuizen met de hele familie er op. Ik heb van alles gedaan als werk in mijn le ven, in een zuivelfabriek heb ik gewerkt, in een zuurkoolfabriek, bij Bruijnzeel, Pelter Hooijkaas (slakkenstort) en de Hoogovens IJmuiden. Ik heb natuurlijk ook jaren bij mijn vader thuis gewerkt, dat was gewoon toen ik jong was. De Molenweg noemden ze vroeger de "Voddenweg" aan de huidige Molenweg heb je na een paar honderd meter een uit sparing, die ruimte wordt nu gebruikt door de gemeente als opslag. Maar in die jaren, ik was toen nog geen ne gen jaar, kwamen er van die Speulen- wagens, woonwagens noemden ze die. Ze zetten dan een stuk of wat van die wagens daar neer. Alles wat ze niet meer nodig hadden dat werd door het raam gegooid naar buiten toe. Vandaar de Voddenweg. Je zag ze hier veel die kermiswagens, van die ronde huifkarren die voor en achter een eindje uitstaken. Even verder voorbij de Molenweg was er aan de linkerkant een bos, dat heette "het Bos van Wonder" daar was ook zo'n breed stuk en kwamen dan ook van die wagens te staan. Ze zochten altijd naar een plek waar ze konden staan, ze konden natuurlijk niet op de weg blijven staan. Ze bleven soms drie, vier dagen staan en gingen dan weer verderop met een hele bos kinderen in die wagens. Er reden nog geen auto's hoor, alleen paard en wagens. Ik herinner me dat ik nog op De boerderij aan de Kerkweg 17, in Veenhuizen

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Overhaal: historisch magazine Heerhugowaard | 2017 | | pagina 15